Ga naar de inhoud van deze pagina Ga naar het zoeken Ga naar het menu
Vorige pagina

Raadsvergadering

Raadsvergadering

dinsdag 25 oktober 2016

19:30
Locatie

Raadzaal

Voorzitter
Geke Faber
Toelichting

Griffier: Ben Nijman

Agenda documenten

Uitzending

Agendapunten

  1. 1

    2016-10-25 19:30:00
    De voorzitter: Dames en heren, leden van de raad. Hartelijk welkom. De vergadering is geopend. Er is bericht van verhindering van uw leden de heer Molenaar en mevrouw Felices Hernandez. Nou zie ik nog een paar leden niet, maar dat, ja, kan nog komen, zullen we maar zeggen. Of te laat of niet, dat merken we wel in de loop van de avond. In ieder geval, deze hebben zich afgemeld.

  2. 2

    De voorzitter: We zijn bij punt 2, de vaststelling van de agenda. Nou is die agenda niet zo spectaculair, maar u kunt er toch wat van vinden. Zullen we maar zo doen? Ja? Is hiermee de agenda vastgesteld.

  3. 3

    De voorzitter: Dan zijn we bij punt 3, de bekrachtiging van de geheimhouding. Er zijn vanmiddag twee geheime bijlages verspreid. Akkoord met die bekrachtiging? Mijnheer Zoomermeijer, gaat uw gang.


    De heer Zoomermeijer (SP): Ja, ik en een aantal anderen verbaasden ons in de foyer erover dat we dat dus nu net krijgen, niet hebben kunnen bestuderen en daar nu over moeten besluiten. Waarom hebben we dat niet eerder gehad, in plaats van net in onze postvakjes?


    De voorzitter: Dat is een, het is, ja, o ja, daar zit de ingewikkeldheid. Het is vandaag in het college besloten en als het college besluit om iets geheim aan de raad voor te stellen, dan moet dat in de eerstvolgende raadsvergadering nadat het college dat besluit heeft genomen. En normaliter hebben we natuurlijk dan op donderdag de raadsvergadering. En nu is dat, ja, een beetje pech zou ik bijna willen zeggen, meteen aansluitend en moet het dus gewoon nu. Het enige andere alternatief was geweest dat het college de besluitvorming had aangehouden en volgende week dinsdag dat besluit had genomen. Ja, of een extra vergadering van het college. Kortom, de wetgeving is wat ingewikkeld op dat gebied. Dus ja, het lijkt op dit moment op deze manier een formaliteit. Mijnheer Laport.


    De heer Laport (GroenLinks): Ja, wij hebben heel snel even bekeken, de bijlagen. Maar hij is ook slecht leesbaar, want er staat een tabel in, die vervangen wordt. Misschien kan er ook nog gezorgd worden voor een wel leesbaar exemplaar, want dan weten we waar we geheimhouding op drukken.


    De voorzitter: Ja, nou ja, kennelijk is het heel erg geheim, zullen we maar zeggen. Maar die toezegging doe ik graag. Maar kunnen we de geheimhouding hiermee bekrachtigen? Ja? Dat is het geval.

  4. 4

    De heer Pauw (ROSA): Nou, dan stel ik toch voor dat die politieagenten als ze dan moeie benen hebben en even een bakkie koffie willen drinken, dat ze gewoon bij een buurthuis naar binnenlopen of bij een ander centrum ergens in de wijk wat daar geschikt voor is, want dan houden ze ook nog contact met de bevolking, dat lijkt me ook geen onoverbodige luxe. Dus ik stel voor dat we dat soort dingen maar gaan doen, in plaats van dat ze zich afzonderen in een pop-up-politiepost.


    De voorzitter: Mevrouw Munnikendam, u wilt daar nog op reageren? Nee? Op dit moment niet?


    Mevrouw Munnikendam (D66): Nou ja, klinkt ook interessant. Laten we vooral met elkaar daarover in discussie gaan. Het is niet zo dat wij nu een kant-en-klaar plan hebben, maar wij hebben wel gekeken naar Rotterdam en we hebben ook begrepen dat er wel interesse is, maar dat moeten we nog nader met elkaar bespreken.


    De voorzitter: Dank u wel. Ik zie mijnheer Wit.


    De heer Wit (CDA): Ja, dank voorzitter. Ja, misschien om het misverstand over de gelden van het Ondernemersfonds uit de wereld te helpen. Misschien komt dat omdat wij hebben gezegd dat wij een deel van het geld willen terug laten vloeien naar de ondernemers. En dat zou zo'n bedrag kunnen zijn. Misschien komt daar de verwarring door, dan heb ik die veroorzaakt. Sorry. U noemde in uw betoog dat burgerinitiatieven een goede financiële start moeten kunnen maken. En dan heeft u het over de Fronik Boerderij, de blusboot en misschien bedoelt u ook nog een hockeyclub en passant. Ik vraag me af wat u daarmee bedoelt, want iedere keer als we dat niet-begrote geld gaan uitgeven, leggen wij dus een bom onder andere uitgaven. Dus wat bedoelt u met financieel een goede start kunnen maken, van burgerinitiatieven?


    De voorzitter: Mevrouw Munnikendam.


    Mevrouw Munnikendam (D66): Wij bedoelen met een financieel gezonde start maken dat wij het belangrijk vinden om goed te kijken in hoeverre de gemeente ondersteuning kan bieden. Het betekent niet dat de gemeente per definitie zelf geld moet subsidiëren, maar dat wel gekeken kan worden van hoe kunnen zij, kunnen burgerinitiatieven bijvoorbeeld door middel van crowdfunding of andere manieren zich bedruipen. En wel met eventueel een startsubsidie van de gemeente, maar het is de bedoeling dat ze uiteindelijk zelfstandig verder kunnen gaan. Het is als vliegwiel meer bedoeld.


    De voorzitter: Dank u wel. Mijnheer Van Braam.


    De heer Van Braam (SP): Ja, dank u wel voorzitter. Ja, ik hoorde in uw betoog de wijk Poelenburg voorbijgaan en de problemen die daar zijn ontstaan. En toen zei u ook in een zin, inderdaad over die pop-ups, politie, maar ook meer toezicht op straat. Denkt u nou enkel dat door meer toezicht op straat dit soort problemen zijn te voorkomen? Of heeft u ook nog andere ideeën om de problemen, zoals in Poelenburg maar ook in andere wijken in Zaanstad, of daar nog andere mogelijkhe

  5. 5

    Mevrouw Munnikendam (D66): Dank u wel, voorzitter. Ik heb een vraag, mijnheer Zoomermeijer. Zaans evenwicht noemt u als dat dat een heel raar antwoord geweest zou zijn op de technische vraag, dat Zaans evenwicht nog steeds leidend is. Waarom is dat raar?


    De heer Zoomermeijer (SP): Ik heb al meerdere keren in de debatten MAAK.Zaanstad aangehaald. Als wij daadwerkelijk het gesprek met de stad aan willen gaan, dan begin je met wat wij zouden noemen stap 0 van participatie, inspraak, of hoe je het ook wilt noemen en dat betekent een open veld, een open agenda. En dan zeg je dus niet: jullie mogen binnen deze beleidsstukken – en overigens, zo duidelijk is het niet eens neergelegd maar zoals uit de beantwoording blijkt van die technische vragen waren die beleidsstukken wel degelijk leidend maar zo is het aan de bewoners misschien niet gepresenteerd – maar feitelijk hebben wij hun dus vragen voorgelegd: zeg wat je wilt. Maar tegelijkertijd waren er begrenzingen die zij niet kenden en waar zij niet over hebben kunnen besluiten. En dan begin je dus niet met stap 0. Werkelijk naar de mensen toe: wat willen jullie? En dat is onze kritiek vanaf dag 1 geweest, onder andere.


    De voorzitter: Dank u wel. Mevrouw Neefjes.


    Mevrouw Neefjes (CU): Ja, ik heb een vraag over wat u zegt over werk, werkonzekerheid bij mensen. Nieuwe banen die er moeten komen. Ja, ik denk dat wij dat allemaal erkennen dat het zo is dat er een nieuwe werkloosheid is. Alleen, wat ik mij zo afvraag: waarom stelt u deze vraag aan het college om daar een oplossing voor te vinden? Hoe ziet u dat voor zich? Want heeft u daar zelf nog voorstellen voor? Hoe kunnen wij in vredesnaam dan nieuwe banen creëren? Ik vind dat heel erg moeilijk. Behalve dan door te faciliteren dat bedrijven hier zich makkelijk kunnen vestigen om als gemeente mensen te helpen in het opstarten van nieuwe bedrijven om zelfstandig ondernemerschap te bevorderen. In dat soort termen zou je iets kunnen doen aan nieuwe banen maar u legt het als een zorg neer en verwacht een oplossing van het college of van de wethouder. Ik vind dat wel lastig.


    De voorzitter: Mijnheer Zoomermeijer.


    De heer Zoomermeijer (SP): Ja, twee dingen. Dit ten eerste is het niet ons plan geweest, het is uitdrukkelijk het plan geweest van het college, het stond in het collegeprogramma. We hebben het er met wethouder Straat in het verleden over gehad. Dus het was uitdrukkelijk een wens van het college, dat een eerste. En overigens heb ik toen in het debat al aangegeven dat zelfs als wij in het college zouden hebben gezeten, hoe graag wij ook goede banen willen, wij nooit onbezonnen zo’n claim zouden hebben neergelegd van: wij gaan vijfduizend banen creëren, wetende dat dat heel moeilijk te realiseren is. Dus die in zekere zin misschien wel onrealistische of niet-haalbare claim is niet door ons maar door het college neergelegd. Ten tweede: het college is natuurlijk alt

  6. 6

    De voorzitter: Goed, dan zijn we bij de debatagenda. En, dat is zoals bekend, dat gaat over de begroting en zoals we dat al een paar jaar met elkaar hier doen, beginnen we de begrotingsbehandeling met een ronde algemene beschouwingen van de politieke partijen, van de fracties. En dat doen we door middel van loting, de volgorde daarvan. En iedere fractie krijgt vijf minuten spreektijd, om vervolgens daar tien minuten met elkaar over te kunnen debatteren. Dus ik ga nu, zoals ik altijd doe, in ieder geval eerst de eerste melden. En vervolgens zal ik ook zeggen wie daarna de tweede is, dan kan zich daar al een beetje op voorbereiden. Ik begin met het CDA en daarna de Zaanse Inwoners Partij. Mijnheer Wit van het CDA, dit moet voor u een genoegen zijn: zo een nieuwe fractievoorzitter en dan meteen te mogen beginnen. Gaat uw gang. De vijf minuten, gaat iemand dat...


    De heer Wit (CDA): Ja, dank voorzitter. Voorzitter, als iemand mij vraagt naar mijn woonplaats, dan merk ik dat ik met trots zeg: Zaanstad. Laatst vroeg ik mij af waar die trotsheid op gebaseerd is. Nou allereerst is Zaanstad natuurlijk gewoon mooi. Oud, nieuw, oud en nieuw, stads, dorps, veel water en groen. En de opknapbeurt van Inverdan is onlosmakelijk verbonden met die trots. Maar die trotsheid komt ook doordat Zaanstad ambitieus is en het gewoon op veel vlakken goed doet. En niet in de laatste plaats is die trots gebaseerd op de wijze waarop de vele vrijwilligers in Zaanstad de vluchtelingen menswaardig onderdak hebben geboden en bieden. Voorzitter, zoals iedereen weet, trotsheid komt te voet en gaat te paard. En daarom moeten we blijven werken aan ons Zaanstad. Hoe gaat het CDA Zaanstad dat de komende periode doen? Ter inleiding. Het CDA staat voor een samenleving gebaseerd op saamredzaamheid, ofwel op de verbinding tussen zelfredzaamheid en saamhorigheid. Ofwel: benut je eigen kansen en sta klaar voor een ander. Wij willen hechtheid creëren in onze sterk geïndividualiseerde samenleving. Vanuit die saamredzaamheid richt het CDA zich de komende periode op de jongeren. Veel gaat goed, onze jeugd groeit veelal onbezorgd op. Maar we zien ook dat jongeren op jonge leeftijd alcohol drinken en softdrugs gebruiken, om niet te spreken over grensoverschrijdend gedrag. Het CDA wil daarom zowel thuis, in de buurt als op school aandacht voor Nederlandse normen en waarden en respect voor elkaar. Onlangs hebben wij gesteld dat de situatie in Poelenburg een breder maatschappelijk probleem toont en daarom ook een bredere aanpak vergt. Wij denken dat het invoeren van een hedendaagse maatschappelijke dienstplicht voor hun eenentwintigste jaar zijn vruchten kan afwerpen. Met belangstelling volgen wij de ontwikkeling op het landelijk niveau. Naast de jongeren blijven wij ons inzetten voor de ouderen. Specifiek de groep, die nog te goed is voor een verzorgingshuis, maar die moeite heeft met zelfstandig thuiswonen. Deze groep is groot en groeiende. Wij pleiten al langer voor nie