- Locatie
Raadzaal
- Voorzitter
- Ruud Vreeman
- Toelichting
-
Griffier: Ben Nijman
- Agenda documenten
Uitzending
Agendapunten
-
1
2016-12-01 19:45:00
De voorzitter: Goed collega’s, we gaan beginnen. Dit is een experiment voor mij, want in elke gemeenteraad gaat het anders. U heeft uw eigen methode en daar ga ik me aan aanpassen want dat bent u zo gewend. Maar het kan wel eens zijn dat ik iets fout doe en dan vindt ik het prima dat u mij uitlacht, maar niet te vaak. Niet te vaak. Goed, de vergadering is geopend. Er zijn berichten van verhindering binnengekomen. Van wie? De heer Egberts en de heer Molenaar. En mevrouw Felices Hernandez komt later. Nou, daar begint het gelach al. (Gelach) Weet je, dat is natuurlijk niet fair hè. Oké, ik geloof dat ik het woord moet geven aan de heer Pauw.
De heer Pauw (ROSA): Ja, dank u wel, voorzitter. Want we kunnen eigenlijk niet beginnen voordat ik officieel de ketting die negen jaar lang om mevrouw Faber haar hals heeft gehangen, om die nu bij u om te hangen. Dus van die gelegenheid wil ik nu gebruikmaken. Daarstraks heeft de raad al kennisgemaakt met u en u met de raad en toen hebben we allebei een praatje gehouden dus dat ga ik niet nog een keer doen. Maar het is denk ik wel een officiële handeling om in ieder geval deze ambtsketen bij u om te hangen. Want ik krijg de indruk dat toch een beetje kaal zo om het lijf hangt, dus ik doe hem graag om.
De voorzitter: Oké. (Applaus) Verder is ook de mededeling dat er leerlingen van het Pascal College zijn in verband met hun vak Maatschappijleer.
00:00:02 - 00:01:06 - Vreeman, R.L. (waarnemend burgemeester)00:01:06 - 00:02:43 - Pauw, R. (ROSA)00:02:43 - 00:02:55 - Vreeman, R.L. (waarnemend burgemeester) -
2
De agenda. Is die akkoord? Dan heb ik toegezegd aan het college dat die voorafgaand aan de vergadering en de agenda even het woord voeren.
De heer Emmer (wethouder): Dank u wel, voorzitter, voor de gelegenheid. Ik wil inderdaad namens het college even een mededeling doen, die gaat over het Cultuurcluster. Er komt in december geen raadsvoorstel voor het Cultuurcluster. Deze week is gebleken dat de lopende aanbesteding geen geldige inschrijving heeft opgeleverd. De opzet van de aanbesteding was om een aannemer te vinden die verantwoordelijk wilde zijn voor de uitwerking van het definitief ontwerp en de realisatie van het gebouw en gezien de aantrekkende markt voor aannemers is kennelijk een meer risicovol project als het Cultuurcluster niet aantrekkelijk genoeg. Zeker gezien de wijze waarop de aanbesteding is opgezet, waarbij relatief veel risico’s bij de aannemer liggen. Ik snap dat u als raad daar heel veel vragen over heeft. Die hebben wij als college uiteraard op dit moment ook, want het is allemaal heel vers. Het college beraadt zich op deze situatie en we verwachten in januari met een voorstel voor het vervolg naar de raad toe te komen.
De voorzitter: Ja, dank u wel. Als mededeling. Dan gaan we naar de agenda.
00:02:54 - 00:02:55 - Vreeman, R.L. (waarnemend burgemeester)00:02:55 - 00:03:22 - Vreeman, R.L. (waarnemend burgemeester)00:03:22 - 00:04:21 - Emmer, D. (wethouder)00:04:21 - 00:04:24 - Vreeman, R.L. (waarnemend burgemeester) -
3
De voorzitter: Punt 3 van de agenda is de bekrachtiging geheimhouding stukken. Is er iemand die daar het woord over wil voeren? Ja? Niet het woord voeren, gewoon knikken. Niemand? Dan kunnen we dat als besluit bekrachtigen.
Bijlagen
00:04:23 - 00:04:24 - Vreeman, R.L. (waarnemend burgemeester)00:04:24 - 00:04:50 - Vreeman, R.L. (waarnemend burgemeester) -
400:04:48 - 00:04:50 - Vreeman, R.L. (waarnemend burgemeester)
-
5
De voorzitter: We gaan naar punt 4 van de agenda, Actualisatie 16.2, Inverdan in de versnelling. Wie wil daar het woord over voeren? Het woord is aan de heer Kat.
De heer Kat (SP): Ja, dank u, voorzitter. Ja, we zijn allemaal even een beetje lamgeslagen van het nieuws dat we binnenkregen, dus ik hoop dat we daar snel wat meer over horen, over hoe dat nou precies zit. Over het Cultuurcluster natuurlijk. Maar goed, nu even over Inverdan in de versnelling, wat voor ons ligt. Wij kunnen ons vinden in het nieuwe format zoals het gepresenteerd is; wij kunnen ons vinden in het optimale scenario voor de Overtuinen met groeiscenario naar maximaal; wij kunnen ons ook vinden in de 403 extra woningen. We kunnen ons minder goed vinden in de uitstel van de spooroverbouwing en het gat van anderhalf jaar tussen de buiging en de slinger en wij kunnen ons ook minder goed vinden in het ontbreken van sociale huurwoningen. 30% sociale huur heeft Inverdan, vertelde wethouder Verschuren. Op mijn vraag of er in de woontoren in de Rozenhof sociale huur komt, vertelde hij dat de sociale koop op 45 m2 voor 450 tot 550 per maand prima te doen is als je alleen bent met bier en een Playstation. Los van die opmerking willen wij gewoon 40% sociale huur, want huur is nodig. Niet iedereen krijgt een hypotheek, ook niet voor 450 tot 550 per maand. We willen garantie op sociale huurwoningen. Ik weet dat het college en de wethouder zich niet echt vast wil pinnen op een percentage, maar wij vinden dat bij ieder bouwproject er ook sociale huur bij moet voor de diversiteit en om de wachtlijsten te drukken. Voor deze bouwprojecten zoals Overtuinen is het transformatiefonds nodig. Ik herinner u aan ons amendement van de vorige raadsvergadering om sociale huurwoningen als criteria op te nemen. Te weinig huurwoningen en daardoor lange inschrijfduur is ontoelaatbaar. Er was een motie in 2014 aangenomen, waarin het college wordt opgedragen een plan van aanpak te bedenken om de wachtlijst te verkorten. Maar de wachtlijst is sindsdien alleen maar toegenomen. Wethouder, komt er nog een concreet effectief plan om de wachttijden te reduceren? Het college wil zelf namelijk ook die inschrijfduur terugbrengen, maar hoe gaan we dat dan doen? Want het lijkt nu vooralsnog niet haalbaar. Het amendement is helaas afgewezen, maar we moeten dan wel per project gaan kijken. En is dus geen garantie van voldoende sociale huur in deze plannen, dan zijn wij niet voor. Ik roep de wethouder op om ons te verrassen en de sociale huur heel duidelijk in de komende businesscase – die we apart moeten gaan beoordelen – te laten zien, zodat we dan wél in kunnen stemmen. Inverdan in de versnelling? Zorg dan ook snel voor meer sociale huurwoningen. Als laatste wilde ik iets over het Cultuurcluster zeggen maar daar houd ik nu even over op. Dank u.
De voorzitter: Ik ben benieuwd wat ik doe nu. Deze is aan, doet hij het bij u?
Mevrouw Mathkor (GroenLinks): Dank u voorzitter. Wij kunnen op zich ook instemmen met het raadsbesluit en het optimale scenario van de Overtuinen. We zijn ook blij dat op het Noordschebos energieneutraal gebouwd gaat worden, maar eigenlijk vinden wij dat vanzelfsprekend, gezien de ambities van Zaanstad en de urgentie voor een energiebesparing. Alle nieuwbouw moet energievrij zijn. Wij kijken ook uit naar de uiteindelijke plaatsing van zonnepanelen op het stadhuis. Dat er meer binnenstedelijk gebouwd gaat worden … (geluid valt weg). Maar juist tussen de stenen zal altijd plaats moeten blijven voor groen. Daarbij roep ik in herinnering onze motie van 2010 voor meer levend groen in het stadshart. Wij denken dat de woontoren kan bijdragen aan meer reuring in de Rozenhof. Belangrijk is wel dat het een en ander in goed overleg verloopt met de marktkooplui, ook in gedachten houdend de motie om de aantrekkelijkheid van de markt te verhogen. In dat verband zou ook gekeken kunnen worden naar de voor- en nadelen van een verplaatsing naar de Vinkenstraat.
Helaas is er ook wat minder goed nieuws te melden. Om te beginnen de uitspraak van de Raad van State over de bouw van Et Buut en de Westerkim. Heeft het college al een plan B klaar? Zo niet, wanneer kunnen wij alternatieven verwachten en kan daarbij ook al een inschatting van de extra kosten worden gemaakt?
Tevens, zoals de heer Kat van de SP ook al meldde, is het toch een tegenvaller dat de spooroverbouwing weer uitgesteld is. Daar zijn we helemaal niet blij mee. Tenslotte is het hele plan Inverdan mede opgezet ook om de verbinding met de westkant van het station te verbeteren. We hebben twijfel of een kopje koffie drinken met de NS genoeg is om voldoende druk op de ketel te houden. Het uitstel betekent ook dat er een gat van mogelijk anderhalf jaar kan ontstaan tussen het verbinden van de slinger met de buiging. Ook wordt de aanleg van de fietsenstalling aan de westkant hiermee vertraagd. Het is nu al heel druk daar met fietsparkeren. Het komt ook heel rommelig over. Dat bevordert ook het aantal fietsdiefstallen. De werkgroep Verkeer van Westerwatering heeft ons laten weten dat daardoor mensen nu eerder de auto pakken om naar het station te gaan. Dat kan toch niet de bedoeling zijn. Kan de wethouder toezeggen om daar nog eens naar te kijken en in elk geval een bordje plaatsen, net zoals bij de kant van het Noordschebos, om fietsendieven af te schrikken? Over fietsenstallingen hebben wij het idee dat de stalling onder de Beatrixbrug zeker nog niet optimaal gebruikt wordt. Betere bewegwijzering, zoals ook gevraagd in onze motie 125 van 2015, zouden wij graag uitgevoerd zien. Ten slotte maken wij ons zorgen om de verdere leegstand op de westzijde. Wij horen de wethouder zijn toezegging graag herhalen dat de westzijde nu met spoed aangepakt zal worden.
Om nog met iets positiefs te besluiten: ik heb het idee – maar iedereen moet het afkloppen – dat de roltrappen iets beter functioneren op dit moment. Dank u wel.
De voorzitter: Ik heb iets veranderd. U moet nu zelf drukken.
De heer Pauw (ROSA): Ja, dank u wel voorzitter. Allereerst. Ja, ik denk dat u gelijk hebt, mevrouw Mathkor, wat betreft die roltrappen. Dus ons volhouden heeft in ieder geval als raad wel gewerkt, dat ze nu goed functioneren. En uiteraard dank aan de wethouder, de wethouder Mobiliteit en Bereikbaarheid. Twee besluiten worden er eigenlijk gevraagd aan de raad en dat is dus de toename van het aantal woningen in Inverdan. Dat kan onze goedkeuring wegdragen, ook al zullen wij, net als de SP, kritisch volgen dat het percentage sociale huur niet verder naar beneden gaat. En ten tweede het gevraagde besluit rond de Overtuinen, waarin gevraagd wordt voor het optimale scenario te kiezen. Dat vinden wij prima en wij hopen ook dat het gaat lukken maar wij zien het wel als een – daarna nog een vervolgstap komen en die vervolgstap houdt in: het maximale. Want dat vinden we helemaal een mooi ontwerp. Dus ik hoop dat als dit gerealiseerd wordt, dat optimale scenario, dat dat niet betekent dat dat het einde is, maar dat we ook echt doorpakken richting het maximale scenario. Dan, andere sprekers hebben het al naar voren gebracht; bij ons grote teleurstelling over de uitspraak van de Raad van State betreffende Overtuinen D, de scholen Et Buut en Westerkim. En ik zou ook graag nadere informatie daarover willen hebben. Ik kan me voorstellen dat het nog zo vers is dat die informatie nu nog niet beschikbaar is, maar ik was wel heel erg benieuwd hoe dat nu precies allemaal gelopen is en welke mogelijkheden er tot reparatie openstaan van deze afwijzing. En dan ten slotte. De heer Vreeman die roerde het net voor de raadsvergadering weer even aan en dat bracht me op het idee om daar toch in deze raadsvergadering ook wel aandacht aan te besteden, en dat is de synagoge. En terecht dat de heer Vreeman daar in zijn toespraak op wees dat het heel belangrijk is voor de geschiedenis van de Zaanstreek om stil te staan bij wat er hier gebeurd is, dat een hele grote joodse gemeenschap die Zaanstreek herbergde, dat die in de Tweede Wereldoorlog, als eerste van Nederland, dat in de gemeente Zaandam alle joden werden weggevoerd. Dat is volgens mij een ontzettend belangrijk symbool van verdraagzaamheid, tolerantie en graag zou ik dan ook hopen dat de burgemeester het initiatief neemt om de synagoge – in de termijn die hem gegund is – om ervoor te zorgen dat die synagoge in zijn oude luister wordt hersteld en hij wordt daarmee in de rug gedekt door een motie van de raad, die volgens mij unaniem is aangenomen, waarin we zeggen: Inverdan is pas klaar als de synagoge in zijn oude luister is hersteld.
De voorzitter: Het woord is aan de heer Wit.
De heer Wit (CDA): Dank, voorzitter. Het CDA is altijd voorstander geweest van het project Inverdan, ook in moeilijke tijden. We zijn ook zeer verheugd dat het nu goed gaat met het project, ook met duurzame woningen aan de westkant van het spoor. Wij zijn ook teleurgesteld over de vertraging die de overbouwing van het spoor nu oploopt en de titel van Inverdan in de versnelling moet dan ook niet gaan veranderen van Inverdan in de vertraging. We hebben er alle vertrouwen in dat dat goed blijft gaan. Ten aanzien van de hoogbouw, die ook opgenomen is in deze actualisatie. Ik heb eerder ook genoemd dat Zaandam Centrum het enige gebied is boven het Noordzeekanaal dat een hoog stedelijk karakter heeft en daar past dan ook heel goed deze woontorens in die genoemd worden, de iconen. Dat zou Zaandam Centrum ook af kunnen maken op dat gebied. Dus daar zijn wij wel verheugd over. En wat ons betreft gaan we ook alvast vooruitkijken naar Inverdan 2. Dat is volgens mij geen officiële naam, maar dan hebben we het over het Wilhelminasluisgebied en de oostelijke kant daarvan. Daar kunnen we wat mij betreft ook alvast naar gaan kijken want dat behoeft wel ook actualisatie. Die gebieden hebben veel potentie dus wat ons betreft gaan we daar ook mee aan de gang. Het CDA kan zich ook vinden in de voorliggende besluitpunten. Dank u, voorzitter.
De voorzitter: Het woord is aan mevrouw Neefjes.
Mevrouw Neefjes (CU): Ja, dank u wel. Wij zijn ook zeer verheugd te horen dat er wat beweging is in de aankoop van de synagoge, om die ook weer verder te herstellen en ik ben ook blij dat onze burgemeester dat ook als een wens ziet. Ja, ik zou u willen vragen ook om naar de raad toe te komen als daar iets nodig is, omdat wij dat ook allemaal heel graag willen. Over Inverdan is al veel gezegd. Wij zijn ook blij met de meerdere woningen die nu gebouwd worden, de versnelling daarvan, dat er ook zorgwoningen expliciet genoemd staan. Wij vinden wel dat met versnelling van meer woningen ook de voorzieningen mee op moeten lopen. Dat is denk ik meer dan een winkel veraf. Ik denk dat er ook daadwerkelijk sociale voorzieningen bij kunnen komen.
Mijn zorg over de woontoren, de hoogte van de woontoren op de Rozengracht en het effect daarvan op de Gedempte Gracht, op het winkelgebied, de schaduwwerking daarvan. Mijn zorgen daarover zijn nog niet weggenomen door het antwoord wat er nu ligt. Ik ben ook eigenlijk wel teleurgesteld dat wij nog niet inzicht hebben in die bezonningsrapportage maar ik begrijp ook dat dat terugkomt bij de bestemmingsplanwijziging. We wachten het af. Maar die zorg die heb ik echt en die is nog niet weggenomen.
De voorzitter: Zijn hiermee de bijdragen uit de raad? Ja? Het woord is aan de wethouder.
De heer Verschuren (wethouder): Dank u wel voorzitter. Ik heb een aantal dingen gehoord. Ik heb vooral ook veel steun gehoord voor deze actualisatie en de ontwikkelingen binnen Inverdan. Daar ben ik eigenlijk heel blij mee. We hebben het niet voor niets Inverdan in de versnelling genoemd, omdat we zeker de laatste tijd in de woningbouwopgave, vooral aan de westkant merken dat waar het een aantal jaren echt moeilijk is geweest met het ontwikkelen van projecten, dat daar op dit moment door de aantrekkende markt en de stappen die wij hier in het centrum hebben gezet om het aantrekkelijker te maken, dat we merken dat er nu echt wordt doorgepakt. Dat neemt natuurlijk niet weg dat u, ook terecht, op een aantal zaken hebt gewezen die niet per se in de versnelling gaan en ik ben het helemaal eens met degenen die gezegd hebben dat ze – even mijn woorden gebruikend – balen van het feit dat de spoorwegoverbouwing, dat die een andere planning heeft gekregen. Mevrouw Mathkor zei: wij hebben er dan niet veel vertrouwen in als de wethouder een kopje koffie gaat drinken met NS en ProRail, maar daar doet u denk ik de inspanningen die de gemeente heeft geleverd echt wel mee tekort. We hebben elkaar goed gesproken over de kwestie en over de planning zoals die er nu ligt. We hebben met elkaar afgesproken dat we dat, als het gaat over alle mijlpalen en eventuele tegenvallers, dat we dat ook zullen blijven doen en ik ga ervan uit dat NS en ProRail die boodschap goed hebben begrepen. Het feit dat NS en ProRail samen hebben afgesproken dat ProRail zich vooral met de bouw zal bezighouden en de NS meer als opdrachtgever zal fungeren, dat ook de goede partij van die twee daadwerkelijk hiermee aan de slag gaat want dat is toch de bouwer van de twee. Neemt niet weg dat het aangemerkte punt door GroenLinks van de fietsenstalling, dat dat inderdaad een punt is van zorg.
De voorzitter: Neemt u het woord.
Mevrouw Mathkor (GroenLinks): Ja, dank u, voorzitter. Ja, u heeft het nu over eventuele tegenvallers bij de spooroverbouwing, dat dat goed doorgesproken zal worden. Betekent dat dus dat er nog kans is op verdere tegenvallers? Want dat maakt ons zo mogelijk nog meer verontrust.
De heer Verschuren (wethouder): Nou, deze planning is een heel serieuze planning, maar overbouwen over het spoor is ook serieus ingewikkeld. Ik verwacht niet dat er nog nieuwe tegenvallers zijn, maar ik kan het ook niet uitsluiten. We hebben afgesproken dat bij mijlpalen – dus als er belangrijke beslissingen genomen moeten worden of belangrijke stappen in het proces worden gezet – dat we sowieso contact hebben met elkaar, ook als dat gewoon gaat volgens de planning die we met elkaar hebben afgesproken. En ja, ik hoop dat het daar bij blijft en ik ga daar ook van uit maar ik kan niet uitsluiten dat er nog iets oppopt. Iets wat ook onze zorgen baart, maar waar ik echt nog geen duidelijkheid over kan geven is omdat het – zoals de heer Pauw ook aangaf – te vers is, dat is de uitspraak van de Raad van State over Et Buut. Wij kunnen op dit moment – wij zijn echt nu meteen in kaart aan het brengen wat daar de praktische gevolgen zijn die daar achter wegkomen en wat het handelingsperspectief voor de gemeente is om daar nu op een goede manier mee om te gaan. We hebben gesproken met de scholen, dus we hebben de stakeholders daarin goed geïnformeerd en ik kan me helemaal de vraag voorstellen dat u zei: praat ons bij. Dat is natuurlijk primair portefeuille van collega Straat, ik zal zeker aan hem doorgeven – hij is er vanavond niet bij – dat ik verwacht en dat u mag verwachten dat we dat ook op een goede manier gaan doen. Meer kan ik daar op dit moment gewoon nog niet over zeggen. Voor wat betreft de synagoge – dat is echt een project dat me na aan het hart ligt – dat is het vanaf het begin af aan geweest en daar zijn we dan ook zeker serieus mee bezig. Ik kan daar op dit moment eigenlijk niet veel meer over meedelen dan in de actualisatie staat. Het gaat vooruit en het gaat vooruit in een tempo wat ik zelf ook graag sneller had gezien, maar ik heb nog steeds de hoop dat we dat project vlot kunnen trekken en dat we kunnen doen wat de heer Pauw zei, Inverdan afsluiten met een synagoge die in oude luister hersteld is. En dan ik denk het meest fundamentele debatpunt wat naar voren is gebracht door de SP over de 30% sociale huur. Het college is altijd van mening geweest – niet alleen dit college, maar de colleges die met Inverdan bezig zijn geweest – dat hier zeker ruimte was voor sociale huur, maar ook dit college is van mening dat bij de woningbouwvolumes die we hier toevoegen, dat we vooral ook moeten zorgen voor een compleet woningbouwprogramma. De ChristenUnie had het over zorgwoningen. We hebben ook de zelfbouwkavels van de eilanden, waar wat duurdere woningen kunnen verrijzen. We hebben gewoon straks als dit plan afgemaakt is, woningbouw gerealiseerd in alle segmenten die denkbaar zijn en dat zou volgens het college ook het doel moeten zijn van het programma Inverdan. Voor wat betreft het aangenomen amendement verwijs ik even naar collega Olthof van Wonen.
De voorzitter: Neemt u het woord.
De heer Olthof (wethouder): Dank u wel voorzitter. Ja, het verbaast me wel een klein beetje dat we, nu we het over de actualisatie Inverdan hebben, dat we vervolgens terug gaan komen op een woonvisie die is vastgesteld. Want volgens mij heb ik toen al bij het indienen van het amendement gezegd dat we met een woonvisie zouden komen, met een uitvoeringsagenda, en dat die vervolgens zou resulteren in de prestatieafspraken. Nou, de woonvisie is door de raad vastgesteld; de uitvoeringsagenda is door de raad vastgesteld – en op basis van dat kader hebben we nu afspraken gemaakt met de woningbouwcorporaties en de huurders. Dus als u ons verwijt dat er geen visie op gekomen is over: hoe gaan we die wachtlijsten terugdringen? Dat staat erin. Of het een succes gaat worden? Ja, het is een hele hardnekkige markt met alle opgaven die er zijn. Als het gaat om de zorg, als het gaat om het vluchtelingenvraagstuk, zitten we gewoon op het gebied van wonen in een heel lastig pakket. Dat gaan we niet ontkennen. We doen onze stinkende best daarin maar ik vind het wel ingewikkeld worden – en dat wil ik u toch meegeven – dat: u geeft ons een kader mee, dat is ook uw taak, primaire taak, kaderstellend en als u een kader meegeeft dan is dat ook voor ons wel de leidraad om aan te werken. En op het moment dat we elke keer dan met een concretisering daarvan komen, dat binnen dat kader past en elke keer toch opnieuw de discussie gaan krijgen over de kaders die zijn meegegeven, dan wordt het wel lastig. Ik heb u toegezegd dat we juist de zorg om die zorgwoningen regelmatig blijven monitoren met elkaar, dat we kijken: Wat is de doelgroep? Wat is de voorraad? Er zijn ook opmerkingen van ROSA geweest dus we maken ons daar zorgen over. Daar doen we ons best ook voor, maar de inkt is nog maar een half jaartje droog en als we nu al die afspraken van toen ter discussie gaan stellen, dan wordt het wel lastig samenwerken met ontwikkelaars, met woningbouwcorporaties en met huurders.
De voorzitter: U heeft het woord.
De heer Zoomermeijer (SP): Dank u wel, voorzitter. Het college heeft zelf gezegd dat zij de wachtlijst terug willen brengen naar zevenenhalf jaar en in deze plannen staat niet concreet hoe daaraan bij te dragen en ik heb vandaag gesproken, informatief, met Jan de Ridder van de Rekenkamer. Logischerwijs, alle fracties worden daarover benaderd. En wat zij bijvoorbeeld onder andere aangeven als Rekenkamer is dat dit college toch vaak slecht aangeeft hoe bepaalde prestatie-indicatoren worden opgesteld en hoe eigenlijk – in simpele termen gezegd – dingen meetbaar en haalbaar worden gemaakt en dat is waarmee wij zitten. Dus als wij zeggen: wij zien die lange wachtlijsten en wij zien ook dat het college dus eindelijk recent toegaf dat het een probleem is en dat zij zichzelf daarin een doel stellen, dan vragen wij dus ook boter bij de vis, maar concreet hoe u – onder andere met de groeiende woningbouw in Inverdan – die wachtlijsten korter maakt. Dat is toch een hele redelijke vraag naar aanleiding van een doelstelling die u zelf heeft gesteld.
De voorzitter: Het woord is aan de wethouder.
De heer Olthof (wethouder): Ja, de heer Kat verwijst: waar is die visie gebleven? Waar is die uitwerking daarvan? Dat heb ik u verteld. En de woningbouwprogrammering binnen Inverdan valt nog steeds binnen het kader dat door u is vastgesteld. Dus daar zijn geen concessies in gedaan. En ja, we zijn bezig met die problemen van die wachtlijst. Alleen, de oplossingen waar we met corporaties met huurders bezig zijn, dat is misschien niet altijd uw oplossing want u zegt: laten we overal 40% sociaal, terwijl we al 40% hebben. Ik bedoel, we hebben met elkaar een enorme opgave. Ik vind het alleen ingewikkeld worden als we nu over een actualisatie Inverdan praten, over een programmering waar we al vrij lang mee bezig zijn en we nu vervolgens een brede woondiscussie gaan voeren over de wachtlijsten. Dat is de enige opmerking die ik maak en daar wil ik het ook bij laten.
De voorzitter: De heer Zoomermeijer wou nog iets zeggen.
De heer Zoomermeijer (SP): Dank u. ja, ik moet er even aan wennen dat ik nu zelf op het knopje moet drukken, wat ik normaal bij een raadsvergadering volgens mij niet hoef te doen, alleen bij een Zaanstad Beraad, maar dat even terzijde. Nee, kijk, u weet, wethouder, dat voor ons en ik denk overigens ook voor een heel groot deel van de bewoners, het probleem van een tekort aan betaalbare woningen gewoon een reëel bestaand zeer groot probleem is en als u zegt 40%: wij zien dat 40% als een compromis, we proberen toe te werken naar een oplossing waar we gezamenlijk uit kunnen komen. Maar één ding zien we wel: als er nu bijna 50% sociale woningen zijn in Zaanstad, sociale huurwoningen en er komt een nieuwbouwproject van de omvang als Inverdan en er wordt daarin vooralsnog nu vandaag geen percentage vastgelegd – dus dan moeten we even toch uitgaan van het worstcasescenario, 0%, dan draagt dat dus niet bij aan die 50% dan wordt het eerder dus minder. En dan is nog steeds de vraag die ik u net stelde: hoe zal dit project bijdragen aan het verkorten van de wachtlijsten? En misschien zitten we wat vroeg in het proces, dat geef ik toe. Maar daarom was ook de vraag van mijn collega Kat net: verras ons en als de businesscase er uiteindelijk ligt, verras ons dan met wel een concrete bijdrage aan het verkorten van die wachtlijst. Maar als die uitspraak er niet komt dan vraag ik hem nu van u.
De voorzitter: Het woord is aan de wethouder.
De heer Olthof (wethouder): Die krijgt u nu niet en ik weet ik niet of ik hem in de toekomst ook kan geven, of dat een antwoord op uw vraag is. Omdat dit namelijk een worsteling is van de hele regio en dat als we in de regio kijken, als wij samen met Amsterdam al aan de bovenkant zitten van de voorraad sociaal – Amsterdam heeft 50%, waar de wachtlijsten net zo lang zijn als een gemeente met 20% sociaal – is maar de vraag of nog meer toevoegen sociaal de oplossing is van die wachtlijsten. Ik maak me zorgen over die betaalbaarheid. We hebben juist met elkaar een afspraak. Waar de SP bij is geweest, hebben we met elkaar een keuze moeten maken: kiezen we voor betaalbaarheid, kwaliteit of kwantiteit? En het antwoord op deze vraag is door deze raad geweest: wij vinden op dit moment, gelet op de zorg, gelet op de armoede die er is, vinden we de betaalbaarheid absoluut op 1 staan. We hebben een kwaliteitsopgave als het gaat om de verduurzaming van de voorraad, zowel in de particuliere sector als in de corporatiesector. En als compromis hebben we gezegd: het aantal sociale huurwoningen mag de komende vier jaar niet verder afnemen. We zijn de enige gemeente in heel de regio die die harde afspraak heeft gemaakt. Moet u eens even in de omgeving kijken of u daar diezelfde afspraken tegenkomt. Ik denk het niet.
De voorzitter: Mijnheer Zoomermeijer.
De heer Zoomermeijer (SP): Ik wil ook alleen maar even kort zeggen, om het kort te houden, om herhaling te voorkomen: a) Wij hebben natuurlijk deze woonvisie niet gesteund, laten we daar duidelijk over zijn – wij waren erbij, maar we hebben nee gezegd, omdat het niet onze visie is. En ten tweede, als u zegt dat u zich aantrekt dat er inderdaad een probleem is – wachtlijsten, een gebrek aan betaalbare woningen – dan is het volgens ons in ieder geval niet de oplossing meer duur en minder betaalbaar te bouwen. En dat is wat u nu gaat doen.
De heer Olthof (wethouder): Ik durf – sorry voorzitter, dat ik even te snel ga, maar ik weet wel hoe het knopje werk. Dat is wel het nadeel, daarom mochten we die knopjes zelf niet gebruiken, dan gaan we veel te snel. Ik durf het niet 100%, maar ik ga het nakijken – maar volgens mij is de woonvisie unaniem door deze raad gesteund. We gaan het nakijken, maar ik durf er eigenlijk wel een fles wijn op te zetten. Deze raad, inclusief SP. Want ik was er nog wel zo trots op da zowel VVD als SP akkoord zijn gegaan met de woonvisie, waar geen percentage … Nou ja, jongens, in Zaanstad kan alles.
De voorzitter: Ja, u heeft nog een keer het woord.
Mevrouw Mathkor (GroenLinks): Ik had de indruk dat wethouder Verschuren klaar was met zijn beantwoording. Nou ja, waar het mij vooral om ging is dat u in het Zaanstad Beraad een toezegging heeft gedaan om de westzijde zo snel mogelijk aan te pakken en dat wilde ik u graag nu in de raadsvergadering even laten herhalen.
De heer Verschuren (wethouder): Ik heb in het Zaanstad Beraad niet echt een toezegging gedaan. Wat ik gezegd heb, is dat wij nu aan het kijken zijn of we de westzijde, of we die naar voren kunnen halen. Wat betekent dat het project rond de toren op de Rozengracht, dat die wat naar achteren moet en wij zijn aan het kijken op dit moment of we dat inderdaad zo kunnen doen. En ik heb aangegeven tijdens het Zaanstad Beraad dat wij, gezien de vertraging of de tijd die het al gekost heeft om die herinrichting van de westzijde uit te voeren, om een schop in de grond te steken, dat ik vind dat de ondernemers die daar zitten dat die dat inderdaad wel verdiend hebben op dit moment. En we zijn vergevorderd met de plannen om te bedenken hoe we daar de mix die er is, tussen de vervoersopgave die er ligt, dus auto’s, vrachtwagens, bussen, fietsers, voetgangers, versus de kwaliteit van het gebied, aantrekkelijk winkelgebied maken zodat mensen niet alleen op de gracht maar ook nog verder gaan. Daar zijn we behoorlijk vergevorderd mee. Dat is wat ik heb gezegd.
De voorzitter: Mevrouw Mathkor.
Mevrouw Mathkor (GroenLinks): Ja, dank u. Behoorlijk vergevorderd, mag ik dat zo opvatten dat binnen het half jaar er wat gaat gebeuren?
De heer Verschuren (wethouder): Nou ja, nogmaals, het is een complex gebied en ik durf dat niet absoluut te garanderen. Wat ik gezegd heb tijdens het Zaanstad Beraad en wat ik nu wil herhalen, is dat volledig de prioriteit begrijp die u daaraan wilt geven en dat ik dat zelf ook zo voel, dus dat we niet zullen aarzelen.
De voorzitter: Oké, zijn we aan het eind gekomen van de beraadslaging over dit onderwerp. Dan kunnen we overgaan tot besluitvorming. Wie is er tegen? De SP-fractie is tegen. Daarmee is het voorstel aangenomen.Bijlagen
00:04:49 - 00:04:50 - Vreeman, R.L. (waarnemend burgemeester)00:04:50 - 00:05:18 - Vreeman, R.L. (waarnemend burgemeester)00:05:18 - 00:07:51 - Kat, M. (SP)00:07:51 - 00:08:05 - Vreeman, R.L. (waarnemend burgemeester)00:08:05 - 00:11:10 - Mathkor-van Bennekom, R.R. (GroenLinks)00:11:10 - 00:11:18 - Vreeman, R.L. (waarnemend burgemeester)00:11:18 - 00:14:24 - Pauw, R. (ROSA)00:14:24 - 00:14:27 - Vreeman, R.L. (waarnemend burgemeester)00:14:27 - 00:16:03 - Wit, M.C. (CDA)00:16:03 - 00:16:07 - Vreeman, R.L. (waarnemend burgemeester)00:16:07 - 00:17:36 - Neefjes-IJfs, A.G.C. (ChristenUnie)00:17:36 - 00:17:48 - Vreeman, R.L. (waarnemend burgemeester)00:17:48 - 00:19:55 - Verschuren, A.J.H. (wethouder)00:19:55 - 00:19:57 - Vreeman, R.L. (waarnemend burgemeester)00:19:57 - 00:20:12 - Mathkor-van Bennekom, R.R. (GroenLinks)00:20:12 - 00:23:51 - Verschuren, A.J.H. (wethouder)00:23:51 - 00:23:52 - Vreeman, R.L. (waarnemend burgemeester)00:23:52 - 00:25:29 - Olthof, J. (wethouder)00:25:29 - 00:25:31 - Vreeman, R.L. (waarnemend burgemeester)00:25:31 - 00:26:30 - Zoomermeijer, P.B.C. (SP)00:26:30 - 00:26:32 - Vreeman, R.L. (waarnemend burgemeester)00:26:32 - 00:27:19 - Olthof, J. (wethouder)00:27:19 - 00:28:36 - Zoomermeijer, P.B.C. (SP)00:28:36 - 00:28:37 - Vreeman, R.L. (waarnemend burgemeester)00:28:37 - 00:29:57 - Olthof, J. (wethouder)00:29:57 - 00:30:24 - Zoomermeijer, P.B.C. (SP)00:30:24 - 00:31:04 - Olthof, J. (wethouder)00:31:04 - 00:31:06 - Vreeman, R.L. (waarnemend burgemeester)00:31:06 - 00:31:26 - Mathkor-van Bennekom, R.R. (GroenLinks)00:31:26 - 00:32:36 - Verschuren, A.J.H. (wethouder)00:32:36 - 00:32:40 - Vreeman, R.L. (waarnemend burgemeester)00:32:40 - 00:32:51 - Mathkor-van Bennekom, R.R. (GroenLinks)00:32:51 - 00:33:13 - Verschuren, A.J.H. (wethouder)00:33:13 - 00:33:33 - Vreeman, R.L. (waarnemend burgemeester) -
6
De voorzitter: We gaan naar het punt Toekomstvisie op het Zaanse Integraal Kindcentrum. Ik kijk even naar uw naam, u heeft het woord.
Mevrouw Groothuismink (ROSA): Groothuismink. Dank u wel. Het Integraal Kindcentrum. Er is heel lang aan gewerkt door heel veel verschillende partners en het is goed dat er nu een integrale visie ook ligt en de visie is ook goed. Alleen willen we – en ik denk inmiddels ook wel een raadsmeerderheid – wel wat accenten leggen en de wethouder ook deze accenten meegeven en daar hebben we twee moties voor gemaakt, namelijk dat er ook partijen betrokken moeten worden die nu niet straks de visie ondertekenen, maar wel heel belangrijk zijn, namelijk de ouders van de kinderen en de wijk. We vinden echt dat in de uitwerking van de visie deze twee pijlers echt integraal opgenomen moeten worden in de visie, omdat juist ouders en de wijk zo belangrijk zijn voor de ontwikkeling van kinderen. Dan de uitwerking van de visie. Die zal enorme invloed hebben op het gemeentelijke beleid. Niet alleen op het gebied van huisvesting van onderwijs, maar ook op het gebied van jeugd en zorg. En daarom, wethouder, willen wij als fractie van ROSA dit proces kunnen volgen en wil ik de wethouder ook vragen of dat plan, dat straks naar aanleiding van deze visie gemaakt wordt, ter zienswijze naar de raad kan. Want er wordt nogal – het zou enorme gevolgen kunnen hebben voor ons beleid, niet alleen financieel, maar ook inhoudelijk en we zien het dan ook als een belangrijk proces in het sociale domein. En zoals u weet zijn wij hier in de Zaanse raad gewend om processen in het sociale domein goed te volgen en ik kan me niet anders voorstellen dan dat we dat met dit belangrijke onderwerp ook doen. Dank u wel.
De voorzitter: Het woord is aan de heer Laport.
De heer Laport (GroenLinks): Ja, dank u, voorzitter. Ik kan mij aansluiten bij de woorden van mevrouw Groothuismink dat het goed is dat er IKC-proeftuinen worden opgericht, of gaat het om één proeftuin? De teksten daarover zijn in tegenspraak met elkaar, maar het is in ieder geval goed dat daar aandacht voor is.
Ook is het belangrijk dat er zoveel mogelijk partners bij betrokken worden en ook de ouders, door middel van ouderraden of oudercommissies. Daarvoor hebben wij een motie mede ingediend. En ook moet er aandacht zijn voor wijkpedagogiek, ook dat vinden wij belangrijk. Maar overigens hebben beide moties nu al zo’n ruime meerderheid dat ik daar verder niet over uit ga wijden. Het IKC moet een integrale voorziening zijn voor opvang, onderwijs, welzijn en zorg en daarom is het tijdens het Zaanstad Beraad door ons ook duidelijk onderstreept dat het IKC ook voor elk kind goed toegankelijk moet zijn. Niet alleen voor de kinderen van de ouders met dubbele banen, juist niet en de wethouder onderschreef dat en zei dat het zijn doel is dat de IKC’s kosteloos toegankelijk zijn. En dat vinden wij een uitstekend streven, alleen wij hopen dat de wethouder ons op de hoogte brengt wanneer er toch kinken in de kabel dreigen te komen. Want wanneer een IKC niet goed toegankelijk is voor alle kinderen, dan kan dit juist leiden tot een grote kloof tussen de verschillende groepen en dat moeten we te allen tijde zien te voorkomen. Dank u.
De voorzitter: Mevrouw van Nieuwamerongen.
Mevrouw Van Nieuwamerongen (VVD): Dank u, voorzitter. Ook wij vinden de visie zoals die nu ligt in grote lijnen heel goed en mooi als uitgangspunt. En omdat er al zoveel steun voor is zal ik niet al te veel uitweiden. Puntje nog over de wijkpedagogiek. De vorige keer, toen we bij het beraad waren, mochten we daar in verband met de tijd niet al te lang over doorgaan, maar wat ook heel vaak blijkt is: hoe ga je nou met kinderen om? Iedere partner, iedere school, ieder bedrijf, organisatie, kerk, moskee, wat dan ook heeft een andere manier om met kinderen om te gaan. Dus daarbij is ook de vraag: hoe vaak en op welke manier ga je met kinderen om, hoe spreek je ze aan, maar vooral ook: hoe wil je door hen zelf aangesproken worden? En daar blijken in de praktijk gewoon heel vaak nog verschillen in te zitten en juist vanwege de integraliteit is het ons voorstel om dan toch de wijkpedagogiek verder te benadrukken in de verdere uitwerking en de motie over de ouders erbij te betrekken. Ik weet dat een aantal partijen daar nog vragen over hebben en nog niet precies weten hoe ze dat voor zich moeten zien en hem daarom ook niet mede ingediend hebben. Mijn idee eigenlijk daarbij is wat ik zelf ook in Londen heb gezien bij een aantal scholen, waarbij ik op een gegeven moment in een klas zat en een kind naar de orthodontist moest. Dus de juf daar zei tegen mij: weet je wat, loop even met hem mee. Dus ik mijn jas aan en sjaal om, want het was koud en ik denk: waar gaan we heen lopen? Nou, die jongen hard lachen, want het was maar twee minuten lopen. Het bleek dus dat de orthodontist en de tandarts gewoon in de school zaten. Dus ik had zoiets van: waarom is dat? Nou, daar ook nagevraagd en wat bleek nou, die school had bedacht: weet je wat, als wij de ouders spreken, wij vragen ze: ‘wat vinden wij belangrijk voor zo’n IKC?’, wat ze daar opgezet hadden. En een van de punten van zo’n ouder was ook: we zijn heel vaak reistijd kwijt, schooltijd, lestijd, juist omdat een kind naar een orthodontist moet, naar een tandarts, naar een huisarts of wat dan ook. Het is lastig voor werkende ouders. Stop dat allemaal in één gebouw. Dan maak je echt die sluitende arrangementen. Dus vandaar ook dat ons punt nog een keer is: bespreek het met de ouders, betrek ze erbij – en ik wou zeggen, ik zie nog meer mensen staan, dus daar laat ik het woord verder over. Dank u wel.
De voorzitter: Het woord is aan de heer Spiekstra.
De heer Spiekstra (PvdA): Ja, voorzitter, ik wil beginnen met ook die wijkgerichte benadering met nog een iets andere invalshoek, want kinderen spelen. Ik zie dat veel meer als een belangrijk netwerk, structuur in die wijk. Kinderen wonen naast elkaar, spelen met elkaar op straat. Ze gaan met elkaar naar de sport, naar de voetbal, naar de korfbal en vooruit, ook naar de hockey – maar vanaf hun tweejarige leeftijd tot hun twaalfjarige leeftijd worden ze op grote delen van de dag van elkaar gescheiden en ik zou dat veel meer op elkaar afgestemd willen zien in zo’n wijk. Een ander element wat met wijkgerichtheid te maken en heeft en wat ook met dit plan te maken heeft, is toch dat er niet alles gedekt wordt. Een voorbeeld, in de wijk waar ik woon staat aan het eind van de straat een school, die school heeft binnen een straal van ongeveer 500 m het kinderdagverblijf waarmee ze samenwerken, maar binnen een straal van 500 m staat ook een ander kinderdagverblijf, wat met geen enkel in dit convenant samenwerkt. Er staat een kinderverblijf – dat is het derde kinderdagverblijf in de wijk – wat ook in dit convenant wordt genoemd. Er is nog een peuterspeelzaal, waar kinderen in de wijk naartoe gaan, ook van een van de convenantpartners. Er zijn grootouders die kinderen opvangen in de wijk. Er zijn gastouders in de wijk die ook kinderen uit de wijk opvangen en voor al die kinderen moet – in mijn optiek – ook in die wijk, op die school een plek zijn. En ik vind dat daarover in de uitwerking van de afspraken ook iets geregeld moet worden. Dan de motie over ouders. Wij hebben natuurlijk niets tegen het feit dat ouders betrokken worden bij die uitwerking. Het is zo vanzelfsprekend, het staat zelfs in de wet. Dus daarom hadden wij niet zo’n behoefte om dat te ondertekenen. Sterker nog, ik vind het minstens zo belangrijk dat het personeel van de instellingen wordt betrokken bij de manier en de invulling van het convenant en hoe dat op schoolniveau gaat. Ik heb zelf ervaringen gehad dat ook het personeel het grootste struikelblok kan zijn om integraal afspraken met instellingen buiten hun eigen organisatie te maken en dat is minstens zo belangrijk als ouders. We hebben niks tegen de motie, we zullen er waarschijnlijk ook niet tegen stemmen, maar we wilden hem niet mee indienen omdat we het eigenlijk een open deur vinden. Wettelijk is het geregeld en het gebeurt zo automatisch. Ik heb nog één vierde puntje, dan ben ik afgerond. Wij vinden het ook van belang om ook vanuit de gemeente landelijk te kijken naar cao-achtige afspraken die gemaakt kunnen worden zodat personeel van de opvanginstellingen waar om 7 uur mensen beginnen te werken, door kunnen werken in wat langere aanstellingen, ook in de school. Daar zitten op dit moment allerlei blokkades, wettelijke blokkades van inhuur en van detachering, waar dat helemaal eigenlijk niet kan. Dat zou ook opgelost moeten worden en het zou mooi zijn als we daar een aanzet voor kunnen geven in het kader van dit beleid.
De voorzitter: Mevrouw Groothuismink, interruptie.
Mevrouw Groothuismink (ROSA): Ja, mijnheer Spiekstra, u zegt: we moeten ouders natuurlijk informeren en dat is ook geregeld in de medezeggenschapsraden onder andere. Maar wat mij betreft hebben we het hier over een fundamenteler betrekken van ouders, namelijk als zijnde belangrijke pijler. Als je zegt: we doen een Integraal Kindcentrum – het woord integraal zegt het al: school, opvang, wijk, ouders. Dat zijn vier pijlers en die moeten wat onze fractie betreft gelijkwaardig betrokken worden. Dus niet informeren volgens de wettelijke kaders. Nee, de partijen moeten een vorm vinden waarop echt die poot van die ouders een belangrijke positie krijgt in dit Integraal Kindcentrum. Los van wat er volgens de wet moet.
De voorzitter: Reactie van uw kant.
De heer Spiekstra (PvdA): Ja, voorzitter, ik ga natuurlijk verder. 1. De wet zegt op een aantal punten zelfs instemmingsrecht, dus dat zou sowieso al moeten. Maar natuurlijk moeten ouders worden geïnformeerd. Natuurlijk moet er aan ouders worden gevraagd: hoe had u dat willen hebben? Maar datzelfde geldt voor personeel. Want school a en school b zijn verschillend; instelling c en d waarmee ze samenwerken zijn verschillend en ook personeelsleden moeten elkaar vertrouwen, moeten afspraken kunnen maken, afspraken over de vraag: welke programma’s gaan wij draaien? In de naschoolse opvang niet herfst in de laatste week van september en op de scholen in de tweede week van oktober. Kortom: er moet heel veel worden samengewerkt. Dat geldt voor personeel, dat geldt voor ouders, niet alleen formeel, maar ook informeel. En dat is niet dat we tegen ouders inspraak, medezeggenschap, betrekken zijn, maar we vonden het zo overbodig dat we het niet hebben mee ingediend. Maar we zijn het er wel mee eens.
De voorzitter: Het woord is aan mevrouw Van der Beek.
Mevrouw Van der Beek (CU): Dank u wel, voorzitter. Er zijn al veel dingen gezegd, die ga ik allemaal niet herhalen. Een punt dat nog niet aan de orde is gekomen, waar wij als ChristenUnie erg blij mee zijn is die mogelijkheid voor die eigen kleur. Als voorstanders van bijzonder onderwijs en ook bijzondere IKC’s in de toekomst wellicht zijn we daar gewoon heel erg blij mee. En verder: onze dank voor de collega’s die de moties hebben voorbereid, want zeker de motie over de wijkpedagogiek sluit heel mooi aan ook bij onze punten als ChristenUnie, dus we zijn blij dat we die mee kunnen indienen.
De voorzitter: Het woord is aan mevrouw Palabiyik.
Mevrouw Palabiyik (D66): Ja, dank u wel, voorzitter. De fractie van D66 kan zich goed vinden in de visie en de ambitie van het college om IKC’s te vormen en door te ontwikkelen. Wat ons betreft gaan we deze ambitie realiseren, maar we realiseren ons ook dat hier tijd en middelen voor nodig zijn. Ook moet er goed samengewerkt worden en dit betekent ook dat er met de ouders goed samengewerkt moet worden. De ouders worden in deze visie dan ook als partners gezien. Het is, denken wij, dan ook niet geheel terecht om te zeggen dat er bij de totstandkoming van deze visie helemaal geen ouders betrokken zijn geweest. Wij vinden het echter wel van belang dat ouders goed en blijvend betrokken worden, daarom zullen wij de motie over ouderbetrokkenheid steunen. Ook kunnen wij ons vinden in de andere motie over wijkbetrokkenheid en zullen we deze ook steunen. Dank u wel.
De voorzitter: Goed, zijn we aan het eind van de … U wilt nog het woord voeren? Ja.
Mevrouw ...: Dank u wel, voorzitter. Wij gaan zeker mee met de ingediende moties. We willen richting het college nog wel een punt meegeven. Hoewel het meer richting de uitvoering is, willen we het toch nu al benoemen. In de werkgroep zitten alleen de grote vissen van de kinderdagverblijven. Hier zit ook onze zorg. Zo meteen dan wordt er natuurlijk gekeken: welke school gaat er met welk kinderdagverblijf samenwerken en wij voorzien dat het mogelijk voor de kleinere kinderdagverblijven, voor de kleinere aanbieders wel moeilijk gaat worden om overeind te blijven en wij willen nu alvast oproepen om daar ook tijdens de werkgroep, tijdens alle besprekingen goed naar te kijken hoe hier goed vorm aan te geven, want het is niet de bedoeling dat zo meteen de kleinere ondernemers buiten het net vissen.
De voorzitter: Het woord is aan de wethouder.
De heer Emmer (wethouder): Dank u wel voorzitter. Ja, wat dat laatste betreft. Er is in het kader van harmonisatie van de peuter- en kinderopvang al gekozen door de schoolbesturen voor vaste partners. Dat zijn de drie grotere kinderopvangorganisaties die hier worden genoemd. Er zijn ook andere aanbieders – het is een commerciële markt – en die kunnen dus gewoon blijven bestaan, maar de vorming van de IKC’s is een nauwe samenwerking tussen primair onderwijs en kinderopvang. En u zegt er terecht bij: daar horen de ouders en de wijk ook bij. Maar dat is de kern waar ook in professionele zin – laat ik zeggen – de samenwerking plaatsvindt en daar hebben schoolbesturen en kinderopvangorganisaties elkaar al gevonden. Dus vandaar deze keuze.
Over het algemeen dank voor de steun voor de visie, die hoor ik eigenlijk heel erg breed. Dat is heel fijn. En ook mooi dat de samenwerking tussen alle partijen die tot deze visie heeft geleid ook uw steun kan verdragen. Er worden twee moties ingediend, die het college steunt, maar ik wil daar wel iets over zeggen. Want als u het over wijkpedagogiek hebt, dan vind ik dat inderdaad interessant om dat in het vervolg uit te werken met alle partners, maar ik vraag me wel af of u daar allemaal hetzelfde mee bedoelt. Want als het is één pedagogisch klimaat bijvoorbeeld, dan is dat best ingewikkeld, met al die verschillende partijen waar ouders ook bij horen, om daar iets over af te spreken. Nou, je kunt het wel afspreken, maar uitvoeren is nog wat anders. Kijk, als wij bij het actieplan Poelenburg zeggen: de voertaal zal eigenlijk Nederlands moeten zijn – een soort wijkpedagogiek – dan vindt een aantal van u dat al ingewikkeld. En ik hoor de ChristenUnie zeggen dat wijkpedagogiek goed past bij uw opvatting dat er ruimte moet zijn voor bijzonder onderwijs. Maar dan weet ik niet of u het eens bent met ROSA. Ja, daar moet u het samen maar een andere keer over hebben denk ik, dus we moeten dat uitzoeken hoe we dat kunnen verwerken, maar ik denk dat daar wel een interessante discussie achter weg komt, over wat je dan precies bedoelt en wat je verwachtingen zijn. Als het gaat om het betrekken van ouders, daar is inderdaad al iets over gezegd. Natuurlijk maakt dat onderdeel ook uit van de uitvoering, in die zin vind ik het prima dat u daar het accent ook op legt. Heel formeel, op het moment dat een schoolbestuur of een kinderopvangorganisatie een handtekening zet onder deze visie: zij vertegenwoordigen op dit moment natuurlijk in formele zin ook de ouders en ook de kinderen en het personeel die daar bij horen. Maar om daar extra aandacht voor te vragen in de uitwerking, dat lijkt mij prima. Dan over de besluitvorming over het uitvoeringsplan, het verzoek van ROSA om daar een zienswijze op te kunnen geven. Kijk, de raad legt hier een kader vast en er wordt ook al aangegeven in dit kader dat het in de uitwerking wel eens kan gaan schuren of invloed kan gaan hebben op het beleid zoals u dat heeft vastgesteld of op de financiële kaders die u heeft vastgesteld. In dat geval komen we natuurlijk sowieso bij u langs om daar een besluit over te vragen. Maar mocht het zo zijn dat dat volgens het college niet nodig is, dan vind ik het prima om in dit geval het uitvoeringsplan voor een zienswijze voor te leggen, zodat u heel bewust zich ook kunt afvragen of u het met ons eens bent, dat we het goed hebben uitgewerkt met de andere partners en dat u daar ook wordt uitgenodigd om daar nog iets over te zeggen. Dus wat mij betreft is dat een prima uitwerking. Ik ga er wel van uit dat u die zienswijze relateert aan de visie die we nu vaststellen en niet met iets heel nieuws komt en dat u er rekening mee houdt dat de gemeente slechts een van de partijen is. De schoolbesturen hebben hier een zelfstandige bevoegdheid en verantwoordelijkheid; de kinderopvangorganisaties hebben hier een zelfstandige bevoegdheid en verantwoordelijkheid en de ouders. En het gaat allemaal om de kinderen. Dus we werken het uit met al die partijen en we moeten opletten dat we dat goed faciliteren als gemeente, bijvoorbeeld ook door goede gebouwen te maken et cetera, maar we moeten ook zuiver zijn in de rol die wij spelen en de rol die anderen daarin spelen, maar ik wil toezeggen dat die zienswijze wat ons betreft gegeven kan worden. Tot zover.
De voorzitter: Behoefte aan reacties? Dat is niet het geval. Dan gaan we stemmen over de moties eerst, denk ik. Of wilt u wat zeggen? Nee, o jammer. Eerste motie over de wijkpedagogiek. Wie is daar tegen? Is met algemene stemmen aanvaard. Dan de motie over de rol van de ouders. Wie is daar tegen? Ook met algemene stemmen aanvaard. Dan gaan we naar het hele raadsvoorstel en de besluitnota, de toekomstvisie op het Zaanse Integrale Kindcentrum. Wie is daar tegen? Dat is raadsbreed aanvaard en daarmee is dit punt afgehandeld. Dan hebben we twee moties vreemd aan de orde. Daar heb ik nog nooit van gehoord, maar goed. Ik begrijp het wel, maar ik vind het toch wel een beetje vreemd. En de eerste motie gaat over de invalidenpas en wie wil daar het woord over voeren? Ja, mijnheer Keijser, neemt u het woord.
De heer Keijser (POV): Dank u, voorzitter. Voorzitter, in het Zaanstad Beraad van 17 november hebben we het hierover gehad en toen ging het over de beantwoording in het RIB van 1 november waar in stond dat de wethouder bang was bij de uitvoering van motie 85 voor een verzwaring van de parkeerdruk. In het Zaanstad Beraad in onze rondvraag bleek dat dat op een vergissing berustte, want het was – toen wij aangaven dat er maar één kenteken tegelijk ingediend kon worden, zei de wethouder: als dat echt zo is, dan is er van verzwaring van de parkeerdruk geen sprake, maar dat heb ik zo niet begrepen. Na de vergadering kwam hij zelfs nog naar mij toe en zei: joh, als het echt zo is wat jij zegt, dan moet je maar terugkomen met een motie vreemd aan de orde, want dan moeten we het herstellen. Nu kom ik terug met die motie vreemd aan de orde en nu kreeg ik gistermiddag beantwoording op onze rondvraag, waarin gezegd werd: het is inderdaad dat er maar één kenteken actief kan zijn, maar toch zijn we bang voor verzwaring van de parkeerdruk, want deze mensen … omdat de fraudedrempel erg laag komt te liggen, zouden deze mensen zomaar hun unieke code kunnen gaan delen met andere mensen, zodat die dan op een invalideplek zouden kunnen gaan staan. Dat is vreemd. Ik vind dat ten eerste raar. Het zou buitengewoon dom zijn van iemand om zijn unieke code te gaan delen en deze mensen zijn wel gehandicapt, maar zijn die geestelijk gehandicapt? Die mensen houden gewoon die code denk ik voor zichzelf. En natuurlijk zal er wel eens iemand zijn die fraudeert met die code. Dat gebeurt nu ook met de parkeerpas op naam. Die zal gerust wel eens aan iemand meegegeven worden: nou, leg hem in je dashboard. Het hoort niet, maar het gebeurt. Maar of dit nou zo veel gaat gebeuren dat de parkeerdruk verhoogd wordt? Daar geloof ik helemaal niets van. Ik denk dat we deze mensen meer krediet zouden moeten geven om te gaan zeggen van: nou, bij voorbaat gaan we jullie verdenken van fraude, dat is niet aan de orde, maar ik geloof dat de heer Wit …
De voorzitter: Interruptie van de heer Wit.
De heer Wit (CDA): Ja, dank u, voorzitter. Ja, ik heb een vraag. U heeft het steeds over de parkeerdruk en dan kan het de indruk wekken dat het om de parkeerdruk in het algemeen gaat, maar volgens mij gaat het om de parkeerdruk op invalideplaatsen. Klopt dat?
De heer Keijser (POV): Dat klopt en dat geldt ook in het algemeen, maar die invalideplekken zouden dan inderdaad extra gebruikt kunnen worden als deze mensen hun unieke code gaan delen. Maar laten we wel zijn, als iemand deze unieke code gaat delen, dan heeft die geen invloed meer op zijn eigen invalidepas, want die code kan dan ook volgende week zomaar weer gebruikt worden en als hij dan zelf weg wil, krijgt hij van de gemeente te horen bij het aanmelden: nee hoor, uw code is al in gebruik. Dus ik denk dat we deze mensen niet in hun onafhankelijkheid moeten gaan beperken door ze bij voorbaat van fraude te verdenken. Ik denk dat ze meer krediet verdienen. En deze mensen, die al afhankelijk zijn op zo veel fronten, laten we die dit stukje onafhankelijkheid bieden en hier wilde ik het even bij laten.
De voorzitter: Mijnheer Baylan, uheeft het woord.
De heer Baylan (D66): Dank u wel, voorzitter. Voorzitter, onze fractie heeft lang overleg gehad over deze motie en de beantwoording van de wethouder. Er valt voor beide wat te zeggen. We begrijpen dat geen maximum aantal kentekens koppelen aan de code van de invalidevergunning fraudegevoeliger zou kunnen zijn dan een maximumaantal van drie. Ik heb deze situatie even persoonlijk gemaakt om er beter grip op te hebben. Mijn moeder is goed ter been en gelukkig niet afhankelijk van haar kinderen of anderen, maar stel dat dat wel het geval geweest zou zijn. Wij hebben binnen de familie tien auto’s die ter beschikking staan van mijn moeder als ze daar behoefte aan heeft. Voor mijn moeder zou het erg moeilijk zijn om met haar DigiD op de computer van haar kleinkinderen – want zelf heeft ze geen computer – kentekens toe te voegen of te verwijderen als zij door een andere auto wordt opgehaald dan die op dat moment staan geregistreerd. Een oudere vrouw moet kentekens opvragen van diegene die haar komt ophalen en controleren of deze al geregistreerd stonden. Dit is niet te doen. Het zijn te veel handelingen, zeker voor mensen met een beperking en ouderen die hier gebruik van maken. Ook weet ik bijna zeker dat mensen geen fraude zullen plegen met zoiets kwetsbaars van een dierbare. Immers staat de vrijheid van verplaatsing van ouderen of mensen met een beperking op het spel. Een fraude moet consequenties hebben, dat beseffen mensen wel. Wethouder, beperk deze mensen niet nog meer en geef ze de vrijheid om mee te rijden in meer dan drie auto’s. Ga uit van de goede kant van onze inwoners, geef ze het vertrouwen.
De voorzitter: Mevrouw Felices Hernandez.
Mevrouw Felices Hernandez (DZ): Dank u wel. Ik wil nog even naar de heer Baylan reageren. Als er tien auto’s ter beschikking staan voor uw moeder, dan zijn er vast ook tien mensen die eigenaar zijn van die auto’s die uw moeder ook kunnen helpen bij het eventuele switchen van kentekens.
De heer Baylan (D66): Ja, maar dan moet er dus gebruikgemaakt worden van een DigiD-code en die is persoonsgebonden. Het is kwetsbaar om die te delen met anderen.
De voorzitter: Dit was het?
Mevrouw Felices Hernandez (DZ): Nee, maar ik ga niet voor mijn beurt spreken. Ik wacht even tot …
De voorzitter: Nee, u mag even doorgaan, daarna komt de heer Van Braam.
Mevrouw Felices Hernandez (DZ): Nou ben ik even van mijn à propos. Wij zullen deze motie zeker steunen, wij hopen juist dat de parkeerdruk op de invalideparkeerplaatsen gaat toenemen, omdat het gebruik daarvan gestimuleerd wordt. Niet vanwege fraude, maar juist omdat het gebruik daarvan gestimuleerd wordt, omdat het makkelijker wordt.
De voorzitter: Mijnheer Van Braam.
De heer Van Braam (SP): Dank u wel, voorzitter. Ja, de SP kan zich volledig aansluiten bij de woorden van de heer Keijser van de POV. De SP vindt het vooral belangrijk dat gehandicapten, net zoals elk ander mens, gebruik kan maken van een voertuig op welk moment hij dat wil en hij zou daar nergens van afhankelijk moeten zijn. Ik hoorde de heer Keijser zeggen over dat de wethouder toch wel zich zorgen maakt over de fraude. Toen heeft volgens mij de heer Kuiper – en ik heb daar ook vol mee ingestemd: laten we dan een pilot nemen daarvoor en laten we dan maar een jaar aankijken hoe dat gaat en laten we dan het aantal fraudezaken dat mogelijkerwijs naar voren gaat komen, laten we die dan na een jaar evalueren. Dank u wel.
De voorzitter: Mijnheer Pauw.
De heer Pauw (ROSA): Voorzitter, wij zullen de motie vreemd aan de orde van de dag gaan steunen. En ik wil even zeggen dat de memo die de wethouder gister verstuurd heeft, dat wel de indruk – bij mij in ieder geval – wordt gewekt dat het wel heel ver zoeken is naar argumenten om ervoor te zorgen dat deze motie het niet gaat halen. En als we zo weinig vertrouwen hebben in onze medemens dan kunnen we de tent hier wel gaan sluiten.
De voorzitter: Mijnheer Laport.
De heer Laport (GroenLinks): Ja, dank u, voorzitter. Ja, de vorige keer hebben we de motie niet mee ingediend, dat hebben we nu ook niet gedaan. We hebben hem toen wel mee gesteund en er was ook een grote meerderheid in de raad die de motie steunde. En dan vind ik het toch pijnlijk dat alleen met een paar argumenten dat er mogelijk fraude gepleegd kan worden – alsof er een systeem te bedenken is dat helemaal veilig is – een motie toch niet wordt uitgevoerd. Ik vind dat pijnlijk en ik vind dat de wethouder dat ook moet uitleggen, waarom een motie die zo breed gesteund is niet wordt uitgevoerd en wij zullen de motie vreemd steunen.
De voorzitter: Het woord is aan de heer Spiekstra.
De heer Spiekstra (PvdA): Ja, voorzitter, de Partij van de Arbeid-fractie weet het nog niet helemaal zeker. We hebben nog wel twee vragen. Een van de knelpunten – die horen we hier ook – is het feit dat je met je DigiD zou moeten overdragen aan iemand en dat is kwetsbaar. Of dat zo moet en of dat niet anders kan. En de tweede vraag – de indieners van de motie die vragen ook: ja wethouder, laten we nou eens een jaar aan de gang gaan en dan kijken hoeveel misbruik ervan wordt gemaakt en dan zegt de wethouder: ja, dat is lastig, want je kan misbruik slecht constateren. Ik zou de wethouder willen vragen of een ander onderzoek in de komende periode ook zou kunnen als het huidige beleid, het huidige voorstel van drie opgegeven kentekens zou kunnen blijven. En als mensen zich bij de wethouder melden, bij de gemeente melden als ze daarmee in de knel komen en dat kunnen onderbouwen, wat de wethouder dan van plan is om te doen.
De voorzitter: Het woord is aan de wethouder.
De heer Emmer (wethouder): Voorzitter, dank u wel. Beste gemeenteraadsleden, ik denk dat we allemaal in dit voorliggende geval met elkaar hetzelfde willen bereiken, namelijk een zo goed mogelijk parkeerproduct voor onze mindervalide of invalide medebewoners in de stad. Dus ik denk dat we allemaal dat doel voor ogen hebben en de vraag die hier vanavond voorligt is met welk systeem je dat doel het best bereikt. Ik kan me best voorstellen – en dan gaat het eigenlijk over twee dingen. Het gaat over het aantal kentekens en de manier waarop je je moet aanmelden. Ik kan me niet voorstellen – en ik hoor het voorbeeld van de heer Baylan – dat het voor de meeste mensen die gebruik moeten maken van zo’n gehandicaptenparkeervergunning dat drie kentekens voor hen niet afdoende zou zijn om zich onafhankelijk en mobiel door de stad te kunnen bewegen. Als daar bij mij zich in het komende jaar mensen melden voor wie dat wel het geval is, die bij mij kunnen aantonen dat er wel degelijk sprake is van meerdere kentekens, dat zij kunnen uitleggen waarom ze dat nodig hebben, dan kunnen we gebruikmaken van een hardheidsclausule. En als dat heel veel mensen zijn dan kunnen we altijd nog besluiten om het aantal kentekens, om dat na evaluatie aan te passen. Het evalueren van de fraude, zoals door de heer Van Braam weer werd gevraagd, zoals ook besproken is bij de behandeling in het Zaanstad Beraad, dat is ingewikkeld, omdat op het moment dat iemand het kenteken gewoon goed heeft aangemeld en de boa’s komen langs om te controleren of er auto’s op een verkeerde manier geparkeerd staan, dan constateert de boa geen overtreding en kunnen wij dus na een jaar ook niet goed overzien hoe vaak er sprake is geweest van misbruik. We hebben het over het woord fraude. Het woord ‘fraude’ dat klinkt heel erg zwaar, dat is meteen … dat roept een beeld op van mensen die gaan handelen met de codes en de parkeerkaarten. Dat is helemaal niet wat ik bedoel of wat op grote schaal zal plaatsvinden. Waar ik bang voor ben is dit: je gaat op zaterdag naar het marktplein in Wormerveer omdat je naar de supermarkt wilt. Daar is het hartstikke druk. Dan kom je daar aanrijden en dan is de enige plek die nog beschikbaar is, dat is de plek die voor invalideparkeren gereserveerd wordt. Daar staat niemand. Je hebt de beschikking omdat jij voor je moeder, die jij drie keer per week naar de bridge brengt, de code hebt en dan wordt het gewoon verleidelijk om daar misbruik van te maken. Als u die angst niet heeft, want begrijp me niet verkeerd, we zoeken gewoon naar het meest optimale systeem met elkaar, dan kunt u de motie van de POV steunen. Het is waar ik angst voor heb.
De voorzitter: Mijnheer Keijser, neemt u het woord. Interruptie.
De heer Keijser (POV): Om te beginnen wil ik even komen op het verhaal van het marktplein met die ene parkeerplaats die voor invaliden bestemd is, die vrij is, dat je daar dan door de pas van je moeder te gebruiken op gaat staan. Dat zou ronduit asociaal zijn, laten we dat even kortsluiten. En dat u zegt: we gaan mensen – ik kan me niet voorstellen dat mensen aan drie kentekens niet genoeg hebben. Er zijn ook invalide mensen die een heel breed sociaal leven hebben en als die iemand op visite hebben en die zegt: joh, zullen we even de stad in gaan? Dan moet diegene zeggen: nou, dan moet ik even kijken of mijn buurman thuis is, want die zijn kenteken kan ik alleen door worden weggebracht. Het is een beperking, hoe je het ook wendt of keert.
De voorzitter: Mevrouw Havik.
Mevrouw Havik (ZIP): Ja, dank u, voorzitter. Ik wil me daar eigenlijk volledig bij aansluiten en ook zoals de heer Baylan zegt: Ik ken ook zo’n voorbeeld bij ons in de familie. Een gehandicapte schoonzuster. We zijn in totaal met acht auto’s in de familie om haar naar het ziekenhuis en weet ik veel waar naartoe te brengen en wij wensen daar gewoon niet in beperkt te worden, dat dat maar door drie mensen kan. Van die acht die kunnen autorijden voor haar werken er zes en het is nog wel eens puzzelen met wie de auto kan hebben.
De voorzitter: Het woord is aan de wethouder.
De heer ...: Ja, zoals ook al net had aangegeven. De SP vindt het gewoon heel erg belangrijk dat mensen met een handicap zich vrijelijk kunnen bewegen, net zoals elk ander mens en dat is eigenlijk het belangrijkste. Maar wat ik wel heel erg jammer vind – en dat heeft de heer Pauw ook al net gezegd – is dat u eigenlijk heel weinig vertrouwen heeft in uw inwoners en eigenlijk alleen maar uitgaat van het slechtste. U zoekt allemaal mogelijkheden en als’en. Ja, ik heb nog wel enigszins vertrouwen in onze Zaanse inwoners hoor.
De voorzitter: Misschien nog even u, mevrouw Felices Hernandez en dan de wethouder.
Mevrouw Felices Hernandez (DZ): Dank u wel. Wat u net beschrijft op het marktplein met die ene vrije parkeerplaats wat een invalideparkeerplaats is, dat kan nu ook. Als die pas in de auto ligt van de zoon van die mevrouw, kan die mevrouw ook dan zeggen: ik leg die parkeerkaart daar neer en ik ga daar staan. Dus of dat nou uitgesloten is met het huidige systeem dat weet ik niet. Daarnaast zien wij deze motie ook als een hele mooie aanvulling om onze mantelzorgers te ontlasten. In plaats van dat er maar drie mensen zijn die iemand naar het ziekenhuis kunnen brengen en naar de fysio en naar de markt en naar de bridge en weet ik veel wat, kan je dan een veel breder netwerk opzetten en dat kan een mantelzorger absoluut ontlasten. Dus ook daarom is dit een goede motie, vinden wij.
De voorzitter: Het woord is aan de wethouder.
De heer Emmer (wethouder): Nogmaals, ik twijfel niet aan ons beider intentie om het parkeerproduct voor invalide en mindervalide mensen zo goed mogelijk te maken en ik heb gezegd wat ik heb gezegd, daar sta ik ook nog steeds volledig achter. Eén ding waar ik nog op wil reageren, dat is op het verwijt van GroenLinks dat ik de motie niet zou hebben uitgevoerd die breed is aangenomen. Ik heb die motie wel degelijk uitgevoerd. De motie riep namelijk op om technisch te onderzoeken of het kon, dat heb ik gedaan. Daar heb ik in een raadsinformatiebrief over gerapporteerd. Het kon en ik vond het – of het college vond het, want ik heb geen mening – het college vond het vanwege – in een debat – want het college vond het systeem zoals het er lag, het voorstel zoals het er lag gewoon beter voor het doel wat je met het beleid probeert te bereiken. En daarom heeft de POV nu, heel begrijpelijk, omdat ze er anders over denken, samen met anderen er een motie over ingediend. Dat is waar wij nu debat over hebben. Het college verandert niet van standpunt en u moet zo meteen stemmen.
De voorzitter: Mijnheer Spiekstra.
De heer Spiekstra (PvdA): Ja, voorzitter, ik zie de wethouder weglopen dus dan is hij klaar met de beantwoording. Ik had nog een vraag want een aantal mensen maakte zich zorgen dat elke keer als je aan iemand – en als dat er nou drie of vijf of tien zijn – moet laten inloggen met je DigiD. Dat wordt een beetje lastig, de heer Baylan gaf dat al aan. Kan de wethouder daar iets van zeggen, of daar nog wat aan gedaan kan worden?
De heer Emmer (wethouder): Fijn dat u dat vraagt want dat kan ik zeker. Wij zijn inderdaad … Op dit moment zijn de ICT-systemen zo ver doorgevoerd dat je inderdaad elke keer dat je van een kenteken zou willen wisselen, moet inloggen met je DigiD, maar wij verwachten over een paar maanden dat in de doorontwikkeling van de systemen dat dat niet meer elke keer nodig zal zijn.
De voorzitter: Kunnen we gaan stemmen? Ik vraag wie er voor deze motie is. Daar is een grote meerderheid voor. Iedereen? Unaniem voor. Dan is de motie aanvaard.
De voorzitter: We gaan naar de motie over de herverzekering eigen risico. Ja, mijnheer Laport. Ja.
De heer Laport (GroenLinks): Ja, een puntje van orde, want ik zag net dat er mail nog kwam van mevrouw Felices Hernandez, met antwoorden op vragen die ze gesteld heeft. Het lijkt mij goed om een korte pauze in te lassen zodat we dat kunnen lezen want ik heb het nog niet goed kunnen doornemen.
De voorzitter: Gaat het over deze motie?
De heer Laport (GroenLinks): Ja, het gaat over deze motie, dus vandaar dat ik opspring.
De voorzitter: Hoe lang denkt u nodig te hebben?
De heer Laport (GroenLinks): Nou ja, vijf minuten hooguit.
De voorzitter: Oké, vijf minuten schorten we de vergadering op. Ja, oké.
Schorsing
De voorzitter: Als u weer plaatsneemt dan kunnen we de vergadering voortzetten. Mevrouw, wilt u het woord voeren? Nou, dan krijgt u het woord.
Mevrouw Felices Hernandez (DZ): Graag. De motie in verband met herverzekeren eigen risico zorgverzekering. Het besluit is zo kort voor het einde van het jaar genomen, omdat de premies nog niet bekend waren. Deze premie was voor het jaar 2016 natuurlijk al wel bekend. Daar had al een richting mee bepaald kunnen worden. We hadden hier als raad alvast in meegenomen kunnen worden, hadden we alvast mee kunnen denken. Of gaan we een eventuele regeling voor 2018 ook weer af laten hangen tot en met september, oktober, omdat de premies voor 2018 dan nog niet bekend zijn en krijgen we dus een herhaling van het nu? Op dit moment is er niet bekend hoeveel mensen er al hebben toegezegd om over te gaan stappen – en dan heb ik het over mensen die gebruikmaken van de tegemoetkoming chronische aandoeningen of de tegemoetkoming eigen risico. We kunnen nu op dit moment dus niet inschatten wat de impact gaat zijn op onze inwoners. In het jaar 2015 maakten 1069 personen gebruik van een tegemoetkoming chronische aandoeningen en van deze 1069 hebben 1051 geen collectieve zorgverzekering. Dat is meer dan 96%. Deze mensen moeten dus gaan overstappen om nog enig recht te hebben op een tegemoetkoming. Het overstappen vinden wij in dezen anders dan een gemiddelde burger die overstapt. Het gaat er niet om: goh, laat ik eens kijken, welke verzekering past het best bij me; goh, ik ben niet zo tevreden over mijn huidige verzekering, laat ik eens kijken wat er nog meer te koop is. Nee, dit is een moeten. Want doen ze het niet, dan raken ze het geld dat ze nu krijgen – 400 euro per jaar – kwijt en daar is in principe niets voor terug. Deze mensen moeten dus kiezen, terwijl ze daar wellicht helemaal nog niet mee bezig waren. Daarnaast is het een zeer kwetsbare groep die wij niet met een dergelijke keuze zo snel willen belasten. Er zijn daarnaast heel veel redenen te bedenken waarom iemand niet wil overstappen. Denk aan connecties om ingewikkelde zaken te regelen bij de huidige zorgverzekering; een langdurige geschiedenis met strijd om bijvoorbeeld vergoeding van specifieke medicatie. Als voorbeeld een Parkinsonpatiënt die het niet goed doet op de goedkopere vorm van Parkinsonmedicatie, die moet dus de originele dure vorm krijgen. Dat is een gesteggel geweest van acht maanden tussen zorgverzekering, apotheek en ziekenhuis.
De voorzitter: Interruptie van mevrouw Rademaker.
Mevrouw Rademaker (PvdA): Ja, dank u wel, voorzitter. Ik zou graag willen weten, voorzitter, of de percentages die genoemd worden, of die dan ook horen bij mensen die in armoede vallen, dus of dat chronisch zieken zijn die met armoede te maken hebben, dus dat zou ik graag willen vragen.
De voorzitter: Ja, neemt u het woord.
Mevrouw Felices Hernandez (DZ): Bij mijn weten is de TCA, Tegemoetkoming Chronische Aandoeningen, alleen beschikbaar voor mensen die ook onder het minimum vallen, dus ja. Dat is een gesteggel geweest van acht maanden tussen apotheek, ziekenhuis en zorgverzekering. Als deze persoon gaat overstappen, gaat die hele heisa weer opnieuw komen. Je kan je voorstellen dat mensen daar geen zin in hebben. Dat kan dus een hele goede reden zijn voor iemand om niet te willen overstappen naar een andere zorgverzekering. Dan kan het ook nog zijn dat ze op dit moment een goed aanvullend pakket hebben wat bij de collectieve zorgverzekering niet zo is, of ze zijn gewoon ontevreden over het Zilveren Kruis vanwege een voorgeschiedenis met zichzelf of met iemand die zij kennen. Nog een belangrijk argument. Nu naar een collectief. Wat als je ooit uit het collectief wilt en terug wilt naar een andere verzekering? Als je dan weer een aanvullend pakket wilt, kom je waarschijnlijk bedrogen uit want je bent ziek, je hebt een aandoening, dus je kan daarvoor worden geweigerd. Het kan dus zo zijn dat als je nu overstapt naar het collectief dat je daar voor je leven lang aan vast zit, wil je bijvoorbeeld recht houden op een aanvullende tandartsverzekering. Dan hebben we nog – vanavond verscheen een artikel in het NHD, online. Daarin staat dat iemand informatie ging aanvragen die wilde gaan overstappen, mogelijk gaan overstappen, dus die ging informeren: kan ik daar gebruik van maken? Dat kunnen ze nu nog niet zeggen want ze weten nog niet wat de grens is van het inkomen. Dat wordt pas half december bekend dus je moet daar nog even op wachten. Nog een drempel om daadwerkelijk te gaan overstappen.
Laten we vooropstellen dat wij de nieuwe regeling niet verkeerd vinden. Het is een hele goede regeling om het eigen risico mee te verzekeren. Wat wij wel verkeerd vinden is de wijze waarop dit nu in sneltreinvaart wordt ingevoerd. Het grote nadeel voor de gemeente van een tegemoetkoming chronische aandoeningen is dat er standaard 400 euro wordt uitgekeerd, ook als iemand misschien maar 50 euro zorgkosten gebruikt. Beter zou zijn om een regeling te creëren voor bewoners die niet willen overstappen, maar wel daadwerkelijk gemaakte kosten kunnen terugkrijgen. Als dit voornemen van het college eerder kenbaar was gemaakt, hadden we hier als raad wellicht op kunnen aansturen. Ook al is in de Participatiewet vastgelegd dat dit een collegebesluit is, u had als college ook er een raadsbesluit van kunnen maken. We stellen immers als raad genoeg beleidsregels vast rondom de Participatiewet.
De voorzitter: Het woord is aan de heer Hartog.
De heer Hartog (SP): Ja, dank u wel, voorzitter. Ja, voorzitter, een heleboel is al gezegd door mevrouw Felices Hernandez, daar sluit ik me bij aan. Verder wil ik ook nog zeggen dat we in principe blij zijn dat het college de toegang tot de ziektezorg voor minima verbetert, door de barrière van het eigen risico weg te willen nemen en we begrijpen ook dat daar financiële ruimte voor nodig is, dus dat je dan als er stapelingen van voorzieningen zijn, dat je er dan een paar afschaft, dat is een begrijpelijke gedachte. Maar in dit geval zitten er toch een paar grote nadelen aan, die mevrouw Felices Hernadez ook al heeft benoemd. Er vallen mensen tussen de wal en het schip. Ze hebben nog maar kort de tijd om over te stappen. Er zijn een heleboel redenen voor mensen om niet te willen overstappen. Er zijn redenen voor mensen om het niet op tijd te kunnen doen omdat ze minder mobiel zijn en het sociaal wijkteam en de gemeente doen alleen passief informatievoorziening. Ze gaan niet actief naar die mensen toe om ze daadwerkelijk te ondersteunen als dat nodig is want dat zal voor een aantal van die mensen – die misschien ook nog voor een deel digibeet zijn, maar in ieder geval vaak altijd chronische klachten hebben, waardoor ze wellicht minder mobiel zijn – het sociaal wijkteam niet goed kunnen bereiken. En zo’n brief kan dan ook onder aan de stapel terechtkomen, waardoor mensen te laat erop reageren. En nu blijkt ook nog eens uit dat artikeltje dat mensen een groot risico moeten nemen, omdat niet zeker is dat als zij de huidige verzekering opzeggen dat zij in aanmerking komen voor de collectieve verzekering want dat weten ze pas volgend jaar. Dan worden de drempels wel heel erg groot en dan moet u wel heel erg kwistig zijn met maatwerk om dat allemaal nog te gaan repareren. Ik wil dit echt bij het college neerleggen: wat doet u dan met al die mensen die straks die 400 euro tegemoetkoming eigen risico missen, niet hebben opgezegd bij hun verzekeraar, niet bij de collectieve verzekering terechtkomen, ook nog eens de 70 euro tegemoetkoming eigen risico missen, 470 euro gaan ze erop achteruit en het voordeel van het eigen risico hebben ze dan niet. Voor mensen met een sociaal minimum is dat een gigantisch bedrag. Je kunt rustig zeggen: een ramp. En ze hebben geen enkele garantie dat dat gerepareerd wordt. Wat gaat het college daar dan aan doen? In ieder geval met deze motie blijft de mogelijkheid open om die tegemoetkoming chronische aandoeningen te blijven ontvangen, zodat dat opgevangen kan worden. Dus laten we dat dan aanhouden voor die groep, dan heb je in ieder geval meer ruimte om die mensen die tussen de wal en het schip dreigen te vallen, om die te ondervangen en die tegemoet te komen.
De voorzitter: Het woord is aan de wethouder.
De heer Olthof (wethouder): Ja, dank u wel, voorzitter. Volgens mij voor een groot deel herhaling van het debat wat we hebben gehad toen de zienswijze vroeg. Het is inderdaad een bevoegdheid van het college en toch hebben we gemeend een zienswijze te vragen om u daar ook een mening over te kunnen geven. Dus ik denk dat we u daarin in dat opzicht ook tegemoet zijn gekomen. Ik wil met u een heel debat gaan voeren over verzekeringen. Graag zelfs, dat is ook eigenlijk mijn vak. En over zorgverzekeringen, dat is nou eenmaal wel de regelgeving, dat je aan het einde van het jaar eigenlijk in verhouding een korte periode hebt om over te stappen. Dus laten we dat niet doen en ik wil toch naar deze motie, want ik ben best wel gevoelig – en dat heb ik vorige keer ook gezegd – ik vond het toentertijd een heel sterk debat over deze regeling. We hebben volgens mij alle voor- en nadelen afgewogen. Ik heb ook aangegeven: er zitten inderdaad nadelen aan. Ik vind dat u die nog een keer sterk naar voren brengt. En ik heb toen ook gezegd: laten we ook vooral gaan kijken voor die groep die niet over kan stappen, om de reden die u noemt: kunnen we daar een oplossing voor vinden? U gaat nu een stuk verder. U zegt: alle mensen die niet in de collectieve verzekering zitten die houden de oude regeling. En ik moet u deze motie op dit moment gewoon afraden, omdat 1. De dekking – u zegt, algemene reserve sociaal, het is een risicoparagraaf. Dit is geen risico, hier weten we zeker dat er meer geld betaald moet gaan worden, want dat komt er bovenop …
De voorzitter: Ja, mijnheer Hartog.
De heer Hartog (SP): Mijnheer de voorzitter. Dit is wel degelijk een risico want het zou ook kunnen, als u goed uw best doet vanuit het college, met de sociale wijkteams om bijna alle mensen die nu niet collectief verzekerd zijn, te begeleiden en ervoor te zorgen dat die wel collectief verzekerd zijn en te compenseren op die vlakken waar ze achteruitgaan. Dat had gekund. Nu loopt u het risico dat u dat niet kunt op tijd, nou, dan haal je het uit de algemene risico sociaal. Dat lijkt mij een heel logische stap.
De heer Olthof (wethouder): Ja, ik wil graag met u een heel debat over de financiën gaan voeren, maar dat is geen risico, want als we dat hadden gedaan … Kijk, we hebben wel gezegd: deze risico of deze collectieve zorgverzekering, het zou kunnen zijn dat er meer mensen gaan deelnemen dan het budget beschikbaar is. Dat is een risico. Maar nu weten we dat wij voor deze regeling budget hebben. En u zegt: de oude regeling moet voor een hele grote groep mensen gewoon doorlopen, zonder enige consequentie. Dat is geen risico. Dat is gewoon een zekerheid en daar moet je dan een voorziening voor treffen. Maar laat ik daar niet te veel op gaan want dat is wel heel erg technisch. Het is wel een punt dus ik vind wel dat we hem moeten meenemen. Nogmaals, ik heb gezegd: ik vind het een terecht punt, ik deel uw zorg. Het is een kwetsbare groep en het kan ook nog zijn dat ze chronisch ziek … Alleen we weten heel weinig van die mensen. Sommige mensen hebben 50 euro aan kosten voor chronische ziekte en andere mensen hebben 500 euro. Deze motie gaat zo ver, ik kan op dit moment niet overzien wat de impact daarvan is. Financieel kan hij formeel niet, maar ook juridisch niet. Mogen wij – ik weet het antwoord op dit moment niet – op dit moment zeggen: alle mensen hebben een TCA-regeling, maar de mensen die een collectieve ziekteverzekering bij de gemeente hebben die mogen niet meedoen? Ik weet niet of dat kan. En dan lopen we een nog groter risico, want als ik teruggefloten wordt dat dat niet kan, dan moet ik vervolgens én het eigen risico vergoeden én die mensen hebben nog recht op die TCA. Dus wat ik u wil toezeggen – laten we dat dan doen, want dan wil ik ook gewoon kijken: wat zijn die consequenties, wat zijn de financiële consequenties, wat zijn de juridische consequenties en wat kunnen we doen? Want u heeft ook een andere opmerking gemaakt, mevrouw Felices Hernandez, dat het een groep is waar we eigenlijk ook niet weten wat de werkelijke kosten zijn. Geef me twee, drie weken de tijd om daar over na te denken, met een voorstel te komen, zodat bij de laatste raadsvergadering van het jaar, 22 december volgens mij, dan deze motie alsnog – als u niet tevreden bent over het antwoord of misschien met een andere motie kunt komen – kunt u deze motie alsnog een keer indienen. Ik vind het nu – ik kan het echt niet overzien, daarom ontraad ik hem ook, even los van alle goede bedoelingen, ik kan echt niet overzien wat de impact is van de motie zoals die hier beschreven staat.
De voorzitter: Mevrouw Felices Hernandez.
Mevrouw Felices Hernandez (DZ): Dank u wel, voorzitter. Nou, dat laatste voorstel wil ik sowieso eerst overleggen met de collega’s van de SP, want we hebben de motie samen ingediend. Ik merk wel, door dit debat, dat ik steeds meer zin krijg om een motie in te dienen: gooi deze regeling voor nu op de schop en laten we volgend jaar een rustige aanloop daar naartoe nemen en hem voor ons een betere vorm geven. Ja, mensen hebben maar een hele korte tijd om over te stappen, dat is altijd maar een paar maanden, dat klopt. Maar zoals ik net in mijn bijdrage ook al heb gezegd, gaat dit niet alleen om overstappen. We leggen iemand een heel belastende keuze voor – eigenlijk is het geen keuze, want je moet, anders heb je dat geld niet – en dat maakt dat het zo wringt. Had deze regeling eerder kenbaar gemaakt, had dat zachter laten landen, dan hadden mensen er veel beter over na kunnen denken: wat wil ik, wat zijn de gevolgen, ene kant, andere kant? En die mogelijkheid is er nu gewoon veel minder. Daarbij is het al een kwetsbare groep die je nu zo enorm veel stress oplevert in de laatste periode van het jaar – wat vaak ook weer een hele negatieve invloed heeft op de ontwikkeling van eventuele ziektes en aandoeningen – dus over uw voorstel wil ik graag in overleg dus daar zou ik straks dan graag een korte schorsing voor willen. En ja, dat zeg ik, ik neig op dit moment steeds meer naar om een motie te maken om deze hele regeling op de schop te zetten tot eind 2017.
De voorzitter: Mijnheer Hartog.
De heer Hartog (SP): Ja, dank u, voorzitter. Ja, voorzitter. Waar ik toch mee blijf zitten – en ik wil daar eigenlijk een goede toezegging op – dat een heleboel mensen tussen de wal en het schip dreigen te vallen. Al die mensen die zich niet op tijd herverzekeren, dat eigenlijk wel hadden gewild, maar er te laat mee zijn of andere redenen hebben, waar mevrouw Felices Hernandez het net over had en er daar toch zo flink op achteruitgaan: gaat u daar met maatwerk dan compensatiemaatregelen voor nemen? Gaat u die toezegging dan wel doen? Want mensen willen die zekerheid ook hebben.
De voorzitter: Mevrouw Groothuismink.
Mevrouw Groothuismink (ROSA): Ja, die opmerking over het maatwerk die deel ik wel met de heer Hartog, want kijk, we willen natuurlijk niet dat chronisch zieken erop achteruitgaan. En zeker niet als, zoals mevrouw Felices Hernandez voorrekent, het er waarschijnlijk wel duizend zouden kunnen zijn. Dat is niet de bedoeling en dat is niet de bedoeling van het beleid, maar ik snap wel dat de wethouder zegt: eigenlijk weten we heel weinig van de chronisch zieken en aan de andere kant hebben we nog een maand. Dat zou betekenen dat als je met al die duizend mensen een keukentafelgesprek zou willen doen je – ik heb snel gerekend – ongeveer minimaal zes mensen fulltime vanaf nu aan het werk moet zetten. Dat gaan we natuurlijk niet redden. Dus wat dat betreft hebben DZ en de SP wel een punt. We moeten wel zorgvuldig met deze mensen omgaan en ik wil de wethouder dan ook vragen om in ieder geval – los van wat er dan uitkomt voor de volgende raadsvergadering – in ieder geval wel toe te zeggen, en dat heeft hij al gedaan, maar ook echt actief dat maatwerk dan in te zetten voor deze groep. Niet deze mensen een brief sturen maar net wat actiever benaderen.
De voorzitter: Reactie van de wethouder.
De heer Olthof (wethouder): Ja, paar reacties. Kijk, ik denk dat we sowieso dat gesprek volgend jaar zullen gaan voeren, mevrouw Felices Hernandez, maar ook dan zal uiteindelijk de overgangsperiode van een verzekerde altijd in een periode van twee maanden zijn. Dat zal niet veranderen dus die stress zal er altijd zijn. Ik heb wel, naar aanleiding van het vorige debat, ook al met ambtenaren gezegd: misschien moeten we eens gaan kijken of er volgend jaar een tweede collectiviteit bij kan, zodat er ook aldaar misschien wat meer ruimte ontstaat en je een grotere groep kan afvangen. Ik weet niet of dat kan, omdat het ook consequenties heeft voor een verzekeraar, die zal zeggen: ja, wacht even, wat betekent dat voor mijn risico? Maar nogmaals, dit zijn wel de dingen die ik naar aanleiding van het debat dat we hebben gehad, wil gaan voeren. En het maatwerk, mevrouw Groothuismink, we hebben nu een traject dat wij al die mensen hebben aangeschreven, de wijkteams ook die mensen zullen bezoeken op het moment dat ze zelf niet kunnen, mijnheer Hartog. Dit gaat nu vooral even over die overgang. Ik denk dat we goed moeten nadenken: wat doen we het komende jaar met chronisch zieken die niet in de collectiviteit zitten, toch kosten hebben en hoe gaan we die tegemoetkomen? En dat is volgens mij niet iets dat we vandaag moeten regelen. Ja, we moeten wel … ik zal vanaf morgen aan de slag moeten om op tijd nog met een reactie te komen, maar dat moeten we wel volgend jaar gewoon goed geregeld hebben. Dus ik denk niet dat we de komende drie weken dit allemaal geregeld moeten hebben want het maatwerk zal in de loop van het jaar gewoon goed op poten moeten staan. Dus nogmaals, ik vind nu … ik kan echt niet overzien – en ik begrijp al uw goede bedoelingen – ik weet niet wat de impact is van de motie wat nu staat, die kan veel verder gaan dan we misschien nu overzien. U heeft alle vrijheid om 22 december nog met allerlei moties te komen, maar geef me even de gelegenheid om hier inhoudelijk een reactie op te geven en ook in de geest van wat u heeft meegegeven over het maatwerk, over de mensen die chronisch ziek zijn, om daar te kijken wat we daar voor oplossing kunnen aandragen.
De voorzitter: Mevrouw Felices Hernandez.
Mevrouw Felices Hernandez (DZ): Dank u wel, voorzitter. Dat is heel fijn dat u dat wilt gaan doen en dat we daar dan een terugkoppeling over krijgen. Waar ik alleen mee blijf zitten, is dat we dan nog maar een ruime week hebben tot het einde van het jaar dus als we dan knopen doorhakken, dan wordt het misschien wel nog onduidelijker voor mensen en nog meer druk en ja, lastig om te beslissen wat ze willen. Dat maakt het gewoon nu zo lastig. Want aan de ene kant willen wij die vaart erin houden van nu duidelijke stappen: dit gaan we doen en dit is het vangnet. Aan de andere kant vind ik het ook heel interessant wat er uit gaat komen. U zegt ook: we weten eigenlijk heel weinig over deze mensen en dat bevestigt eigenlijk alleen maar weer het gevoel: we moeten dit nu helemaal niet doen, we moeten dit gaan uitstellen. We moeten geen halsoverkopbeslissing nemen die vervolgens gigantisch grote gevolgen gaat hebben waardoor mensen wellicht nog meer in de problemen gaan komen. Dus dat is een beetje de moeilijkheid hierin. Gaan we wachten met waar u mee terug gaat komen en hebben we dan nog maar een week om te communiceren naar mensen wat eventueel anders gaat worden dan nu? Ik vind dat heel erg lastig.
De voorzitter: U heeft het woord.
De heer Olthof (wethouder): Dank u wel voorzitter. Twee punten. Volgens mij is dat niet zo lastig, want u heeft het vangnet in uw handen, dat is deze motie. Want als u op 22 december niet tevreden bent, dan zegt u: voor al die mensen die niet in die collectiviteit zitten dien ik alsnog deze motie in en hebben die andere mensen allemaal deze regeling. Dan hebben we een financieel vraagstuk met elkaar, maar ik bedoel als … dus er ligt best wel druk om een goede oplossing te vinden. Ik wil toch wat anders – want nu begint er wel een heel negatief … Kijk, deze verandering – want eigenlijk hadden we dit debat nu niet moeten voeren want we hebben een zienswijze waar we dat debat hebben gehad, maar hij wordt wel heel erg zo neergezet. Natuurlijk zitten hier nadelen aan, dat realiseren we ons heel goed. Maar we bereiken nu ook een hele groep mensen die op dit moment gewoon de zorg mijden omdat ze als de dood zijn om dat eigen risico te betalen, dat mensen die toch naar de zorg toe gaan en een eigen risico alsnog moeten gaan betalen in de schulden terecht gaan komen, met alle consequenties van dien. Dus laten we even oppassen dat we wel even het evenwicht houden: waarom doen we dit? En volgens mij is dit een prima regeling en u roept op: heb alstublieft oog voor de consequenties voor de groep mensen die niet over kan of om wat voor reden dan ook niet over wil. En ik doe u een toezegging om daar de komende weken met een voorstel te komen en mocht dat niet naar tevredenheid zijn, dan heeft u iets in handen waar u een vangnet mee kunt inbouwen.
De voorzitter: U wilde even overleggen met de SP. Drie minuten? Oké, drie minuten schorsen.
Schorsing
De voorzitter: We zetten de vergadering voort en de vraag ligt bij mevrouw Felices Hernandez. Wat gaan we doen?
Mevrouw Felices Hernandez (DZ): Gelukkig niet alleen bij mij, ook bij de SP. Oké, we gaan mee in het voorstel van de wethouder, dat we even afwachten om te kijken: wat zijn de mogelijkheden voor een vangnet? Wel een kanttekening daarbij. Uiteraard, deze motie ligt voor het grijpen dus als we niet tevreden zijn dan komt hij weer. Wat er ook verandert, of dat deze motie te zijner tijd wordt aangenomen of dat u zelf met een andere regeling komt waar we ons goed in kunnen vinden, we willen wel de toezegging dat de veranderingen die er dan komen of die er zullen ontstaan, dat die per direct op een zeer actieve manier onder de aandacht van de bewoners worden gebracht, want ze moeten natuurlijk wel voor 1 januari die beslissing maken. Als wij hier op 22 december iets anders gaan beslissen … niet iedereen met een regeling die ze nu hebben die zit aan de buis gekluisterd de gemeenteraad te volgen, dus we willen dan wel dat daar echt op een hele actieve manier mee omgegaan wordt.
De voorzitter: Mijnheer Hartog.
De heer Hartog (SP): Ik sluit me daarbij aan.
De heer ...: sluit ik me ook bij aan.
De voorzitter: De motie is ingetrokken.Bijlagen
00:33:32 - 00:33:33 - Vreeman, R.L. (waarnemend burgemeester)00:33:33 - 00:33:54 - Vreeman, R.L. (waarnemend burgemeester)00:33:54 - 00:35:44 - Groothuismink, N.J. (ROSA)00:35:44 - 00:35:49 - Vreeman, R.L. (waarnemend burgemeester)00:35:49 - 00:37:08 - Laport, P.J. (GroenLinks)00:37:08 - 00:37:12 - Vreeman, R.L. (waarnemend burgemeester)00:37:12 - 00:39:14 - Nieuwamerongen-Oosterkamp, A.T. van (VVD)00:39:14 - 00:39:16 - Vreeman, R.L. (waarnemend burgemeester)00:39:16 - 00:42:08 - Spiekstra, R. (PvdA)00:42:08 - 00:42:12 - Vreeman, R.L. (waarnemend burgemeester)00:42:12 - 00:42:58 - Groothuismink, N.J. (ROSA)00:42:58 - 00:42:59 - Vreeman, R.L. (waarnemend burgemeester)00:42:59 - 00:43:53 - Spiekstra, R. (PvdA)00:43:53 - 00:43:56 - Vreeman, R.L. (waarnemend burgemeester)00:43:56 - 00:44:36 - Beek-Platschorre, A.P. van der (ChristenUnie)00:44:36 - 00:44:43 - Vreeman, R.L. (waarnemend burgemeester)00:44:43 - 00:45:37 - Palabiyik, B. (D66)00:45:37 - 00:45:44 - Vreeman, R.L. (waarnemend burgemeester)00:45:44 - 00:46:31 - Felices Hernandez-Gouweleeuw, C.J.M. (DZ)00:46:31 - 00:46:34 - Vreeman, R.L. (waarnemend burgemeester)00:46:34 - 00:50:51 - Emmer, D. (wethouder)00:50:51 - 00:51:39 - Vreeman, R.L. (waarnemend burgemeester) -
7
Bijlagen
00:51:38 - 00:51:39 - Vreeman, R.L. (waarnemend burgemeester)00:51:39 - 00:52:03 - Vreeman, R.L. (waarnemend burgemeester)00:52:03 - 00:54:19 - Keijser, J.C. (POV)00:54:19 - 00:54:21 - Vreeman, R.L. (waarnemend burgemeester)00:54:21 - 00:54:37 - Wit, M.C. (CDA)00:54:37 - 00:55:23 - Keijser, J.C. (POV)00:55:23 - 00:55:27 - Vreeman, R.L. (waarnemend burgemeester)00:55:27 - 00:57:13 - Baylan, M. (D66)00:57:13 - 00:57:14 - Vreeman, R.L. (waarnemend burgemeester)00:57:14 - 00:57:30 - Felices Hernandez-Gouweleeuw, C.J.M. (DZ)00:57:30 - 00:57:42 - Baylan, M. (D66)00:57:42 - 00:57:44 - Vreeman, R.L. (waarnemend burgemeester)00:57:44 - 00:57:47 - Felices Hernandez-Gouweleeuw, C.J.M. (DZ)00:57:47 - 00:57:51 - Vreeman, R.L. (waarnemend burgemeester)00:57:51 - 00:58:05 - Felices Hernandez-Gouweleeuw, C.J.M. (DZ)00:58:05 - 00:58:08 - Vreeman, R.L. (waarnemend burgemeester)00:58:08 - 00:58:56 - Braam, R. van (SP)00:58:56 - 00:58:57 - Vreeman, R.L. (waarnemend burgemeester)00:58:57 - 00:59:31 - Pauw, R. (ROSA)00:59:31 - 00:59:34 - Vreeman, R.L. (waarnemend burgemeester)00:59:34 - 01:00:10 - Laport, P.J. (GroenLinks)01:00:10 - 01:00:12 - Vreeman, R.L. (waarnemend burgemeester)01:00:12 - 01:01:10 - Spiekstra, R. (PvdA)01:01:10 - 01:01:11 - Vreeman, R.L. (waarnemend burgemeester)01:01:11 - 01:04:15 - Verschuren, A.J.H. (wethouder)01:04:15 - 01:04:18 - Vreeman, R.L. (waarnemend burgemeester)01:04:18 - 01:04:55 - Keijser, J.C. (POV)01:04:55 - 01:04:57 - Vreeman, R.L. (waarnemend burgemeester)01:04:57 - 01:05:25 - Havik-Schaft, J.J. (ZIP)01:05:25 - 01:05:27 - Vreeman, R.L. (waarnemend burgemeester)01:05:27 - 01:05:58 - Braam, R. van (SP)01:05:58 - 01:06:02 - Vreeman, R.L. (waarnemend burgemeester)01:06:02 - 01:06:41 - Felices Hernandez-Gouweleeuw, C.J.M. (DZ)01:06:41 - 01:06:42 - Vreeman, R.L. (waarnemend burgemeester)01:06:42 - 01:08:01 - Verschuren, A.J.H. (wethouder)01:08:01 - 01:08:03 - Vreeman, R.L. (waarnemend burgemeester)01:08:03 - 01:08:24 - Spiekstra, R. (PvdA)01:08:24 - 01:08:47 - Verschuren, A.J.H. (wethouder)01:08:47 - 01:09:17 - Vreeman, R.L. (waarnemend burgemeester)01:09:17 - 01:09:29 - Laport, P.J. (GroenLinks)01:09:29 - 01:09:31 - Vreeman, R.L. (waarnemend burgemeester)01:09:31 - 01:09:34 - Laport, P.J. (GroenLinks)01:09:34 - 01:09:36 - Vreeman, R.L. (waarnemend burgemeester)01:09:36 - 01:09:42 - Laport, P.J. (GroenLinks)01:09:42 - 01:10:00 - Vreeman, R.L. (waarnemend burgemeester)01:10:00 - 01:10:44 - Vreeman, R.L. (waarnemend burgemeester)01:10:44 - 01:13:11 - Felices Hernandez-Gouweleeuw, C.J.M. (DZ)01:13:11 - 01:13:14 - Vreeman, R.L. (waarnemend burgemeester)01:13:14 - 01:13:32 - Rademaker-de Vries, L. (PvdA)01:13:32 - 01:13:33 - Vreeman, R.L. (waarnemend burgemeester)01:13:33 - 01:16:05 - Felices Hernandez-Gouweleeuw, C.J.M. (DZ)01:16:05 - 01:16:10 - Vreeman, R.L. (waarnemend burgemeester)01:16:10 - 01:19:18 - Hartog, E.J. (SP)01:19:18 - 01:19:28 - Vreeman, R.L. (waarnemend burgemeester)01:19:28 - 01:20:51 - Olthof, J. (wethouder)01:20:51 - 01:20:53 - Vreeman, R.L. (waarnemend burgemeester)01:20:53 - 01:21:23 - Hartog, E.J. (SP)01:21:23 - 01:23:33 - Olthof, J. (wethouder)01:23:33 - 01:23:35 - Vreeman, R.L. (waarnemend burgemeester)01:23:35 - 01:25:01 - Felices Hernandez-Gouweleeuw, C.J.M. (DZ)01:25:01 - 01:25:39 - Hartog, E.J. (SP)01:25:39 - 01:25:42 - Vreeman, R.L. (waarnemend burgemeester)01:25:42 - 01:26:51 - Groothuismink, N.J. (ROSA)01:26:51 - 01:26:53 - Vreeman, R.L. (waarnemend burgemeester)01:26:53 - 01:28:35 - Olthof, J. (wethouder)01:28:35 - 01:28:37 - Vreeman, R.L. (waarnemend burgemeester)01:28:37 - 01:29:45 - Felices Hernandez-Gouweleeuw, C.J.M. (DZ)01:29:45 - 01:29:47 - Vreeman, R.L. (waarnemend burgemeester)01:29:47 - 01:31:01 - Olthof, J. (wethouder)01:31:01 - 01:31:15 - Vreeman, R.L. (waarnemend burgemeester)01:31:15 - 01:31:26 - Vreeman, R.L. (waarnemend burgemeester)01:31:26 - 01:32:27 - Felices Hernandez-Gouweleeuw, C.J.M. (DZ)01:32:27 - 01:32:30 - Vreeman, R.L. (waarnemend burgemeester)01:32:30 - 01:32:34 - Hartog, E.J. (SP)01:32:34 - 01:32:38 - Olthof, J. (wethouder)01:32:38 - 01:32:46 - Vreeman, R.L. (waarnemend burgemeester) -
8
De voorzitter: Dan gaan we naar de stemmingen zonder debat en daar is één punt wat we even van tevoren moeten zeggen, dat gaat over motie 23 en 24. Die worden weer in discussie gebracht – tenminste, daar moet u ja op zeggen want daar hebben de stemmen gestaakt en dan is het mogelijkheid om het een tijdje daarna opnieuw in stemming te brengen, maar daar moet u wel ja op zeggen om dat nu te doen. Ja? Oké.
01:32:45 - 01:32:46 - Vreeman, R.L. (waarnemend burgemeester)01:32:46 - 01:33:19 - Vreeman, R.L. (waarnemend burgemeester) -
9
De voorzitter: Dan gaan we naar het beleidsplan Veiligheidsregio Zaanstreek-Waterland. Wie is daar tegen? Stemverklaring?
De heer Kerkhoven (DZ): De fractie van Democratisch Zaanstad zal tegen het beleidsplan van de veiligheidsregio stemmen, dat hebben wij ook kenbaar gemaakt in het Zaanstad Beraad. We vinden het op een aantal punten niet concreet genoeg en onduidelijk en vandaar dat we dus tegenstemmen.
De voorzitter: En de heer Van Braam.
De heer Van Braam (SP): Ja, wij hebben ook tijdens het afgelopen Zaanstad Beraad al een negatieve zienswijze gegeven. Wij vinden dat de veiligheidsregio voor schaalvergroting zorgt en onze hulpdiensten steeds meer op afstand zet, dus wij zullen negatief stemmen.
De voorzitter: Mijnheer Van der Laan.
De heer Van der Laan (POV): Voorzitter, ook de POV zal negatief stemmen.
De voorzitter: Goed, stemverklaring geweest. Wie is tegen dit plan? SP-fractie, Democratisch Zaanstad en POV-fractie. Ja. Klopt hè? Daarmee is het beleidsplan aanvaard.
Bijlagen
01:33:18 - 01:33:19 - Vreeman, R.L. (waarnemend burgemeester)01:33:19 - 01:33:29 - Vreeman, R.L. (waarnemend burgemeester)01:33:29 - 01:33:44 - Kerkhoven, J. (DZ)01:33:44 - 01:33:45 - Vreeman, R.L. (waarnemend burgemeester)01:33:45 - 01:34:00 - Braam, R. van (SP)01:34:00 - 01:34:01 - Vreeman, R.L. (waarnemend burgemeester)01:34:01 - 01:34:06 - Laan, H. van der (POV)01:34:06 - 01:34:24 - Vreeman, R.L. (waarnemend burgemeester) -
10
De voorzitter: Dan hebben we de zienswijze visie GGD Zaanstreek Waterland. Dan zal mevrouw Groothuismink de zaal verlaten want zij werkt daar en dat is de reden dat zij even weg zal zijn. Wie wil daar het woord over voeren? Is niet het geval. Wie is er voor deze zienswijze? Iedereen. Met algemene stemmen aanvaard.
Bijlagen
01:34:23 - 01:34:24 - Vreeman, R.L. (waarnemend burgemeester)01:34:24 - 01:34:49 - Vreeman, R.L. (waarnemend burgemeester) -
11
De voorzitter: Visie mobiliteit Stadsregio Amsterdam.
Mevrouw Mathkor (GroenLinks): Dank u, voorzitter, een stemverklaring. Wij zijn het op zich eens met het raadsbesluit, dat is prima, maar wij hebben grote moeite met de procedure zoals die nu gegaan is, dat er apart een visie van het college en vervolgens nog een visie van de raad naartoe gaat, dat maakt ook een rare indruk in de stadsregio en wij hopen dat dat eens is maar nooit weer.
De voorzitter: Mijnheer De Vries.
De heer De Vries (D66): Dank u wel, mijnheer de voorzitter. Ik kan me volledig aansluiten bij de woorden van mevrouw Mathkor.
De voorzitter: Mevrouw Swagerman.
Mevrouw Swagerman (SP): Ik ga mij ook namens onze fractie aansluiten bij deze stelling van mevrouw Mathkor en ik hoop van ons allen.
De voorzitter: Kunnen we gaan stemmen. Wie is er tegen deze zienswijze? Dat is niemand en daarmee is het aanvaard.
Bijlagen
01:34:48 - 01:34:49 - Vreeman, R.L. (waarnemend burgemeester)01:34:49 - 01:34:57 - Vreeman, R.L. (waarnemend burgemeester)01:34:57 - 01:35:20 - Mathkor-van Bennekom, R.R. (GroenLinks)01:35:20 - 01:35:22 - Vreeman, R.L. (waarnemend burgemeester)01:35:22 - 01:35:29 - Vries, J. de (D66)01:35:29 - 01:35:31 - Vreeman, R.L. (waarnemend burgemeester)01:35:31 - 01:35:39 - Swagerman, N. (SP)01:35:39 - 01:35:48 - Vreeman, R.L. (waarnemend burgemeester) -
12
De voorzitter: Dan gaan we naar de beheersverordening Van Spoorbrug tot Sluis. Mevrouw Rot.
Mevrouw Rot (DZ): Dank u wel. Een tweeledige stemverklaring, ook bij de beheersverordening West-Knollendam. De fractie van Democratisch Zaanstad zal beide beheersverordeningen afwijzen. Dit om de reden dat nog niet al te lang geleden er een flink bedrag is beschikbaar gesteld door de raad om de bestemmingsplannen actueel te houden en daar tijdig in te voorzien. En wij zien nu dat deze beheersverordeningen meer en meer ingezet worden voor een doel waarvoor ze wat ons betreft niet bedoeld zijn. Dank u wel.
De voorzitter: Mijnheer Brekelmans.
De heer Brekelmans (POV): Ja, voorzitter, het lijkt wel of mevrouw Rot mijn tekst gelezen heeft, want ik wou precies hetzelfde zeggen. Wij stemmen in beide gevallen tegen.
De voorzitter: Wij gaan stemmen over de beheersverordening Van Spoorbrug tot Sluis. Wie is daar tegen? Democratisch Zaanstad en de VVD-fractie. (Rumoer in de zaal) POV-fractie. Dat moet ik zeggen. Daarmee is de beheerverordening aanvaard.
Bijlagen
01:35:47 - 01:35:48 - Vreeman, R.L. (waarnemend burgemeester)01:35:48 - 01:36:08 - Vreeman, R.L. (waarnemend burgemeester)01:36:08 - 01:36:38 - Rot, J.E. (DZ)01:36:38 - 01:36:39 - Vreeman, R.L. (waarnemend burgemeester)01:36:39 - 01:36:49 - Brekelmans, T. (POV)01:36:49 - 01:37:13 - Vreeman, R.L. (waarnemend burgemeester) -
13
De voorzitter: Dan gaan we naar de beheersverordening West-Knollendam. Daar zijn dezelfde opmerkingen net voor gemaakt. Wie is er tegen? De POV-fractie is tegen, Democratisch Zaanstad is tegen en daarmee aanvaard.
Bijlagen
01:37:12 - 01:37:13 - Vreeman, R.L. (waarnemend burgemeester)01:37:13 - 01:37:28 - Vreeman, R.L. (waarnemend burgemeester) -
14
De voorzitter: Dan het Controleprotocol 2016. Wie wil daar het woord? Stemverklaring? Is niet het geval. Wie is er tegen dit controleprotocol? Daar is niemand tegen, dan gaat dat gewoon door.
Bijlagen
01:37:27 - 01:37:28 - Vreeman, R.L. (waarnemend burgemeester)01:37:28 - 01:37:41 - Vreeman, R.L. (waarnemend burgemeester) -
15
De voorzitter: Dan krijgen we motie 23, compensatie Groen. Net besloten om hierover te stemmen. Ja, u heeft het woord.
Mevrouw Munnikendam (D66): Dank u wel voorzitter. Een korte stemverklaring, want wij hebben als fractie van D66 bij de begroting voor deze motie gestemd. Wij gaan dit keer tegenstemmen, omdat we de motie beter bestudeerd hebben en het blijkt dat de compensatie Groen echt in de wijk zelf bedoeld was en dat vinden wij niet uitvoerbaar, dus wij vinden deze motie onuitvoerbaar, dus we zullen tegenstemmen.
De heer Van der Laan (POV): Ja, voorzitter, onze fractie heeft vorige keer tegengestemd en zal deze keer voorstemmen.
De voorzitter: Anderen nog? Dit wordt een testcase voor de voorzitter. Maar de griffier zal dit allemaal … Wie is er tegen deze motie? Ik zie de CDA-fractie, ik zie de ZOG-fractie, ik zie de Partij van de Arbeid-fractie, ik zie de VVD-fractie, D66 en de ChristenUnie. Dat zijn ze. Hij is verworpen met 19 tegen 18.
Stemmen staakten bij de raad van 10 november.Bijlagen
01:37:40 - 01:37:41 - Vreeman, R.L. (waarnemend burgemeester)01:37:41 - 01:37:48 - Vreeman, R.L. (waarnemend burgemeester)01:37:48 - 01:38:15 - Munnikendam, S.M. (D66)01:38:15 - 01:38:27 - Laan, H. van der (POV)01:38:27 - 01:39:36 - Vreeman, R.L. (waarnemend burgemeester) -
16
De voorzitter: En het zou me niets verbazen als dat met de volgende ook … Weet je niet zeker? Oké. Het dotteren of het doteren van de Thorbeckeweg. Dotteren. Wie wil daar het woord over voeren? Dat is niet het geval, dan gaan we stemmen. Wie is er tegen motie 34? Ik zie de POV-fractie, ik zie de Partij van de Arbeid-fractie, ik zie ZOG, ik zie daar SP, ik zie GroenLinks en wie zie ik nog meer? Daar ChristenUnie. Een van ROSA. Oké, dat is altijd een hele pluriforme partij geweest. (Gelach) Deze motie is ook verworpen, met 20 om 17.
Nou we zijn aan het eind van de vergadering gekomen. Ik heb mijn best gedaan. Hartelijk bedankt.
Stemmen staakten bij de raad van 10 novemberBijlagen
01:39:35 - 01:39:36 - Vreeman, R.L. (waarnemend burgemeester)01:39:36 - 01:39:36 - Vreeman, R.L. (waarnemend burgemeester)